Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap

Bestuur & samenleving

Antiochus IV Epifanes
Belastingen in het Nieuwe Testament

In het Nieuwe Testament worden twee soorten belasting genoemd:

Betalingsverkeer in de Bijbel

In Israël werd vanaf de zesde eeuw voor Christus geld gebruikt. Voor die tijd had Israël een ruileconomie.

De achtergrond van de sabbat

Het woord ‘sabbat’ was in de tijd voor de Babylonische ballingschap waarschijnlijk de naam voor het feest van volle maan. Na de Babylonische ballingschap versmelt de dit feest van volle maan met een wekelijkse rustdag, en komt de sabbat los te staan van de maandcyclus. Vanaf dan is er sprake van de sabbat als een wekelijkse rustdag met een religieuze functie.

De ballingschap

De inwoners van Juda en Israël zijn meerdere keren in ballingschap gevoerd. Ze werden door verschillende volken als ballingen meegenomen naar andere landen. Op deze manier zorgde een overheersende macht ervoor dat een land ontwricht raakte en niet gemakkelijk in opstand kon komen.

De boekrol
De boekrol met pennen en schrijverskoker

Afbeelding van een boekrol met pennen en schrijverskoker.

De diefstal

Diefstal was streng verboden in de Bijbel. Het verbod op diefstal is één van de tien geboden. Er stonden verschillende straffen op diefstal. De straf hing af van wat er gestolen was. 

De doodstraf
De eerste wegvoering naar Babel

In de zevende eeuw voor Christus werd de bevolking van Juda voor de eerste maal weggevoerd naar Babylonië.

De geldboete in de Bijbel

Als iemand een misdaad gepleegd had, kon de straf bestaan uit een geldstraf of een schadevergoeding. Deze boete werd betaald aan (een familielid van) het slachtoffer.

De Joodse Oorlog

In 66 na Christus begint de Joodse Oorlog. Vooral de zeloten spelen een grote rol tijdens deze opstand. In het begin van de opstand verslaan de Joodse opstandelingen de Romeinen. In 67 na Christus stuurt de Romeinse keizer Nero zijn generaal Vespasianus naar Caesarea met 60.000 soldaten. In 68 na Christus heeft hij Galilea en de kuststrook terugveroverd. De rest van de Joodse opstandelingen trekt zich daarom terug in Jeruzalem. 
Inmiddels is Vespasianus keizer geworden en heeft hij het beleg van Jeruzalem overgedragen aan zijn zoon Titus. Die neemt in het jaar 70 Jeruzalem in: hij verwoest de stad en de tempel, en verkoopt veel opstandelingen als slaaf.

De koning in het Oude Testament: kleding en attributen

Het koningschap speelt weliswaar een belangrijke rol in het Oude Testament, maar over de entourage waarin koningen zich bevonden wordt niet veel informatie gegeven. Heel af en toe komen we een beschrijving tegen van de pracht en praal waarmee koningen werden omgeven. Zo beschrijft 1 Koningen 10:18-20 de magnifieke troon van koning Salomo. Maar de meeste gegevens over koninklijke kleding en attributen moeten we afleiden uit schaarse archeologische bronnen.

De kruisiging
De lijfstraf in de Bijbel

Er werden in de Bijbel ook lijfstraffen opgelegd. Een mogelijke straf was het toedienen van stokslagen. Als iemand stokslagen kreeg, mochten dat er volgens Deuteronomium 25:1-3 maximaal veertig zijn.
Volgens de Romeinse wetten mochten Romeinse burgers niet gegeseld worden zonder proces. Hier beroept Paulus zich bijvoorbeeld ook op in Handelingen 16:37.

De maten en gewichten

De herkomst van het systeem van meten en wegen in de Bijbel is onbekend. Men kende geen standaardmaat of standaardgewicht. De precieze waarde van de bijbelse maten en gewichten is vaak moeilijk te achterhalen. Sommige inhoudsmaten werden voor vaste stoffen gebruikt, andere voor vloeistoffen.

De munt van Antiochus III

Munt met een afbeelding van Antiochus III.

De munten in het Nieuwe Testament

In de tijd van het Nieuwe Testament bestond er een aantal verschillende munten. Zowel de Grieken als de Romeinen hadden eigen munten.

De munten in het Oude Testament

In het Oude Testament komen we de namen van enkele munten tegen, zoals de sjekel en de dariek. Er zijn er nog meer (lokale) munten geweest, maar die worden niet genoemd in de Bijbel.

De papyrus
De rechtspraak in het Nieuwe Testament

Judea was een deel van het Romeinse Rijk en daarom werd er rechtgesproken volgens de Romeinse wetten. Maar er bestond ook een joodse, religieuze rechtbank die oordeelde over de eigen Joodse zaken: het Sanhedrin. De Romeinse rechtbank had echter de hoogste macht.
De twee bekendste personen uit het Nieuwe Testament die te maken hadden met de Romeinse wetten waren Jezus en Paulus.

De sabbat in het Nieuwe Testament

De sabbat komt voor in de evangeliën, in Handelingen en in de brieven van Paulus. In de evangeliën discussieert Jezus met religieuze leiders over de sabbat. De discussies gaan over wat wel en niet is toegestaan op de sabbat. Verder blijkt dat er ook tussen joodse en niet-joodse navolgers van Jezus conflicten konden ontstaan over de geldigheid van het sabbatsgebod.

De sabbat: scheppingsorde

Het scheppingsverhaal van Genesis 1:1-2:3 vertelt dat God de hemel en aarde maakt in zes dagen en op de zevende dag uitrust van zijn werk. Het ritme van een week wordt verbonden met de schepping. De wet roept de Israëlieten op dit heilige ritme na te volgen in hun leven. Net als God deed bij de schepping, moeten zij van de zevende dag een heilige dag maken.

De scepter als koninklijk attribuut

De scepter was een staf die door heersers in het Oude Nabije Oosten gebruikt werd als teken van hun macht en autoriteit.

De schrijfinstrumenten
De schrijftablet
De sjekel
De theologie van sadduceeën

Volgens Josephus geloofden sadduceeën in de vrije wil, hechtten ze geen waarde aan de mondelinge traditie en geloofden ze niet in leven na de dood. Dit laatste punt wordt bevestigd in het Nieuwe Testament.

De troon als koninklijk attribuut

De troon als koninklijke zetel was in het Oude Israël een belangrijk symbool van de verhevenheid en macht van koningen. De koning deed vanaf zijn troon bestuurlijke maar ook rechterlijke uitspraken (2 Samuel 14:9; Psalm 122:5). De troon was zo nauw verbonden met het koninklijke ambt dat ze een symbool werd voor het koningschap in al zijn facetten.

De vrijheidsstraf in de Bijbel

De gevangenis als plaats om mensen op te sluiten in geval van een vrijheidsstraf had een ondergeschikte rol in de tijd van de Bijbel. De gevangenis was meestal plek waar mensen tijdelijk opgesloten werden tot het moment dat ze hun vonnis hoorden.
In de tijd van Mozes kon verstoting uit het volk ook als straf opgelegd worden. De veroordeelde werd dan weggejaagd uit de gemeenschap.

De zegel
De zegelring als koninklijk attribuut

Koningen en andere hoogwaardigheidsbekleders in het Oude Nabije Oosten droegen een zegelring. Hiermee konden ze officiële documenten van hun eigen zegel voorzien.

Een schrijftablet met stift

Afbeelding van een schrijftablet met stift. Hierop werd in was geschreven.

Essenen en het Nieuwe Testament

Sommige begrippen in het Nieuwe Testament spelen een belangrijke rol in de esseense literatuur. Maar zulke overeenkomsten betekenen niet dat de eerste christenen essenen waren.
Ook
Jezus' voorloper Johannes de Doper, die predikte in de omgeving van de Jordaan, maakte waarschijnlijk geen deel uit van de esenen. Maar de ideeën van Johannes en Jezus hebben wel overeenkomsten met het denken van de essenen.

Essenen en Qumran

Vooral de Joodse schrijvers Flavius Josephus en Philo van Alexandrië hebben over de essenen geschreven. En de Romeinse bestuurder Plinius de Oudere schreef dat de essenen ten noorden van Engedi aan de Dode Zee woonden. Dat was precies de plek waar in 1947 een schat aan oude Hebreeuwse geschriften werd gevonden. De geschriften lagen in grotten bij een oude nederzetting die tegenwoordig Khirbet Qumran wordt genoemd.

Farizeeën

De farizeeën waren in Jezus’ tijd belangrijke religieuze leiders van het Joodse volk.

Farizeeën en het Nieuwe Testament

Farizeeën worden meer dan honderd keer genoemd in het Nieuwe Testament. In de evangeliën heeft Jezus veel discussies met hen over de uitleg van de wet. De verschillende schrijvers van de evangeliën geven ieder een heel eigen perspectief op de farizeeën.

Forum Romanum

Forum Romanum in Rome, Italië.

Geld in het Nieuwe Testament

In de tijd van het Nieuwe Testament werd er vooral betaald met Griekse of Romeinse munten. Ruilhandel kwam alleen op kleine, lokale schaal voor.

Geld in het Oude Nabije Oosten

Voordat er in de oudheid geld gebruikt werd, waren er al voorlopers van munten.

Geld in het Oude Testament

Het Hebreeuwse woord voor ‘geld’ is hetzelfde woord als dat voor ‘zilver’. Dat wijst er al op dat ook in de wereld van het Oude Testament vaak zilver gebruikt werd om mee te betalen. Maar mensen betaalden ook vaak met juwelen, zoals neusringen en armbanden. Een voorbeeld is de bruidsschat voor Rebekka in Genesis 24:22.

Getuigen in de Bijbel

Bij een rechtszaak waren getuigen onmisbaar. Alleen als er voldoende getuigen waren, kon iemand veroordeeld worden.

Gewicht
Hebreeuws, Aramees en Grieks

De boeken van de Bijbel zijn geschreven in het Hebreeuws, het Aramees en het Grieks.

Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschapv.4.17.7
Volg ons