Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap

01 - Het begin van Jezus' verkondiging

Verdiep je in de bergrede

INLEIDING

Vanaf Matteüs 4:12 lezen we over het begin van Jezus’ verkondiging. We lezen waar dit zich afspeelt, wat Jezus’ verkondiging inhoudt en hoe we aan de voet van de berg komen waar Jezus de Bergrede zal uitspreken.

UITLEG MATTEÜS 4:12-5:2

Het begint in Galilea

Reis Jezus Galilea-Jeruzalem

Jezus begint aan zijn missie in Galilea. Matteüs gebruikt een tekst uit Jesaja om iets te vertellen over Jezus’ missie in Galilea (opnieuw een directe verwijzing). In Jesaja 8:23b-9:1 gaat het waarschijnlijk over de aankondiging van Hizkia, een nieuwe en ideale heerser die zou komen. Het waren toen donkere dagen voor Israël, want het werd overheerst door de Assyriërs. Vandaar dat deze geboorte terecht gezien werd als een licht in de duisternis: met de komst van een nieuwe koning gloort weer hoop. Matteüs gebruikt het citaat uit Jesaja echter om iets heel anders duidelijk te maken. Dat kun je ook goed zien, omdat hij het citaat uit Jesaja niet woordelijk overneemt: hij gebruikt niet de Hebreeuwse Bijbel, maar de Griekse vertaling van die Bijbel, de Septuaginta. Waar in de Hebreeuwse tekst gesproken wordt over gelil ha-gojim, ‘het gebied van andere volken’, is dat in de Septuaginta geworden Galilaia tôn ethnôn, ‘Galilea van de heidenen’. Hiermee hint Matteüs alvast naar de grote betekenis die Jezus zal krijgen en die vanaf het begin van het evangelie wordt aangeduid: Jezus’ missie reikt verder dan alleen Israël. Alle volken zijn bij Hem op het oog. En die missie begint in Galilea. Het is in dit gebied waar Jezus opgroeit en aan zijn missie begint.

Jezus’ missie in een notendop

Matteüs geeft de missie van Jezus in 4:23 kort en bondig weer: ‘Hij trok rond in heel Galilea; hij gaf er onderricht in de synagogen, verkondigde het goede nieuws van het koninkrijk en genas iedere ziekte en elke kwaal onder het volk.’ Hoewel ‘onderricht geven en ‘verkondigen’ andere woorden zijn, lijkt Matteüs ze synoniem te gebruiken: een duidelijk onderscheid tussen deze woorden hebben bijbelwetenschappers niet gevonden. We zouden dus globaal kunnen zeggen dat Jezus’ missie uit onderwijzen en genezen bestaat. En wat in vers 23 in het klein weergegeven wordt (onderwijzen en genezen), zien we ook op grotere schaal terugkomen in de structuur van het Matteüsevangelie: Matteüs geeft eerst het onderwijs van Jezus weer (de Bergrede in hoofdstukken 5-7) en vertelt daarna over de wonderen en genezingen van Jezus (hoofdstukken 8-9). Zo vormen onderwijzen en genezen de missie van Jezus en de structuur van de eerste hoofdstukken van het evangelie volgensMatteüs.

Het onderwijs van Jezus gaat over het goede nieuws (het ‘evangelie’) van het koninkrijk. Matteüs besteedt veel aandacht aan dit thema. Hij gebruikt hoofdzakelijk het begrip ‘koninkrijk van de hemel’, maar wisselt dit ook af met het begrip ‘koninkrijk van God’. In de Bergrede gebruikt Jezus deze twee begrippen ook afwisselend (5:3 en 6:33). Bijbelwetenschappers denken dat Matteüs een voorkeur geeft aan het begrip ‘het koninkrijk van de hemel’ om te benadrukken dat het koninkrijk een onaards karakter heeft. Het gaat niet om een koninkrijk zoals je dat hier op aarde tegen kunt komen: het is een koninkrijk van elders, waar het er anders aan toegaat dan bij ons. De hemel is voor Matteüs namelijk de plek waar het er precies zo aan toegaat als God wil (6:10). Het is een plek waar God als rechtvaardige en genadige koning heerst. Staat dit dan helemaal los van de aarde? Nee, want voor Matteüs kan Gods koninkrijk hier en nu al wel gestalte krijgen. Je zou het zo kunnen zeggen: Gods koninkrijk is daar aanwezig waar de wil van de koning gedaan wordt. In de hemel op een volmaakte manier, hier op aarde soms in beginsel.

Naast het onaardse karakter van dit koninkrijk maakt Matteüs in zijn evangelie ook nog een ander punt duidelijk over Gods koninkrijk: het staat op het punt aan te breken! De aardse koninkrijken lopen op hun einde en het koninkrijk van God zal snel aanbreken. Het einde van de wereld staat voor de deur, een nieuwe wereld gloort erachter. Dat geeft niet alleen een urgentie aan Jezus’ boodschap, maar laat ook zien waar het voor Jezus ten diepste om draait. Je kunt het vergelijken met een persoonlijke crisis. Bijvoorbeeld als je plotseling ziek wordt en er geen medische mogelijkheid is dat je beter wordt: alle bijzaken vallen weg en de essentie komt bloot te liggen. Jezus’ leven en missie spelen zich tegen deze achtergrond af: Gods nieuwe wereld staat op het punt om aan te breken, dus dat zet het hele leven hier in een ander perspectief.

Matteüs geeft ten slotte ook nog een derde accent aan het koninkrijk van God: het koninkrijk van God is nauw verbonden met Gods gericht. Als het koninkrijk namelijk aanbreekt, worden dingen rechtgezet. De volgelingen van Jezus, die nu onderdrukt worden, mogen het koninkrijk binnengaan, maar de onderdrukkers moeten erbuiten blijven, in de duisternis. Het gericht heeft dus een troostende functie. Jezus gebruikt daarom soms ook scherpe woorden tegen zijn tegenstanders. Daarbij moeten we bedenken dat aankondigingen van het gericht van God ook bedoeld zijn als aansporing om nu je leven te veranderen. Denk bijvoorbeeld ook aan hoe de profeet Jona tegen Nineve profeteerde.

Kortom, in het onderwijs van Jezus over Gods koninkrijk staan deze drie accenten centraal: het is een onaards koninkrijk waarin Gods wil centraal staat, het staat op het punt aan te breken en als het aanbreekt, zal God de dingen rechtzetten die nu krom zijn. Gods nieuwe wereld werkt voor Jezus als het magnetische noorden van een kompas: alles wijst hiernaartoe.

Aan de voet van de berg

Jezus’ missie van onderwijzen en genezen begint in Galilea, en in zijn missie staat het koninkrijk van God centraal: Jezus laat zien hoe het leven eruitziet dat God voor ogen heeft. Het duurt dan ook niet lang of het nieuws over Hem verspreidt zich. Jezus krijgt grote groepen volgelingen.

Matteüs heeft in zijn evangelie veel aandacht voor de volgelingen van Jezus. Direct na de verkondiging van het koninkrijk (4:17) komen de eerste mensen al met Hem mee: de broers Simon (Petrus) en Andreas en de andere broers Jakobus en Johannes. Als Jezus hun vraagt om Hem te volgen, gaan ze meteen met Hem mee. Ook lezen we dat mensen bij Hem komen ‘… die ergens aan leden en die gekweld werden door een ziekte of door pijn, en ook bezetenen en maanzieken en verlamden werden bij hem gebracht, en hij genas hen’ (4:24). Ook zij willen Jezus volgen. Het Griekse werkwoord voor ‘volgen’ dat bij de vier mannen gebruikt werd, is hetzelfde werkwoord dat gebruikt wordt voor de grote groepen mensen die Jezus volgen (4:25). En je kunt je voorstellen dat Jezus wellicht ook volgelingen heeft gekregen naar aanleiding van zijn onderwijs in de synagogen of zijn verkondiging op andere plaatsen.Oftewel, het zal een gemêleerd gezelschap zijn geweest rondom deze man uit Nazaret.

Als Jezus de mensen ziet die Hem volgen, gaat Hij samen met zijn leerlingen de berg op. Om Hem heen zitten zijn leerlingen, en daaromheen zitten de andere mensen. Die laatste groep bestaat uit geïnteresseerde en potentiële Jezus-volgers. Een belangrijke vraag is nu wie die ‘leerlingen’ zijn. Tot nu toe heeft Matteüs dit woord namelijk nog niet gebruikt. We hebben alleen gelezen over mensen die Jezus volgen, waarbij de vier mannen in het bijzonder werden genoemd. Het ligt dus voor de hand om die vier mannen te zien als de leerlingen. Het probleem hiervan is alleen dat ze niet specifiek leerlingen zijn genoemd in Matteüs 4:18-22. Daarom stellen bijbelwetenschappers voor dat de leerlingen twee functies hebben. In het verhaal zijn de leerlingen de specifieke mensen die in het voorafgaande genoemd zijn, maar de mensen die het verhaal horen of lezen (de mensen ‘buiten’ het verhaal), zijn mensen die leerlingen zijn geworden. Het evangelie volgensMatteüs is daarmee een boek dat je helpt om leerling van Jezus te worden. De dubbele functie past hier dus ook goed: Jezus legt zijn leerlingen in de Bergrede het evangelie van het koninkrijk uit, maar tegelijkertijd is het ook een boodschap voor de leerlingen die het evangelie volgens Matteüs lezen.

Matteüs zet zijn leerlingen hier neer als degenen die onderricht krijgen van Jezus, de leraar. Samen luisteren ze naar de woorden van Jezus. Hij is inmiddels al boven op de berg gaan zitten en is klaar om zijn leerlingen toe te spreken.

VRAGEN

  1. 1.Jezus doet de volgende oproep in Matteüs 4:17: ‘Kom tot inkeer, want het koninkrijk van de hemel is nabij!’ De vier mannen leggen hierop gelijk hun werk neer en laten hun familie achter. Wat roept die keuze bij je op?
  2. 2.Matteüs noemt ‘genezen en onderwijzen’ vaak in één adem. Wat zegt dat volgens jou over de opdracht van de kerk?
  3. 3.Veel mensen hebben de berg waar Jezus op staat, proberen te lokaliseren. Sommigen zeggen dat het Tabgha bij Kafarnaüm of Hattin bij Tiberias is. Het lijkt echter bij Matteüs niet zozeer om een specifieke plek te gaan, maar vooral om het type locatie. Lees de volgende teksten: Exodus 3:1,4:27; 18:5; 19:2-3; 32:15. Probeer voor jezelf te omschrijven waarom Jezus als locatie nu juist voor een berg kiest om de Bergrede uit te spreken.

TOESPRAKEN VAN JEZUS

Zoals we zagen, is het onderwijs voor Matteüs een van de twee pijlers van Jezus’ missie. Het lijkt daarom ook niet helemaal toevallig dat Matteüs het onderwijzen als eerste noemt in Matteüs 4:23. Matteüs heeft namelijk vijf (onderwijzende) toespraken van Jezus opgenomen in zijn evangelie:

  1. 1.de Bergrede (hoofdstukken 5-7),
  2. 2.de uitzending van de twaalf apostelen (hoofdstuk 10),
  3. 3.uitleg over Gods koninkrijk aan de hand van gelijkenissen (hoofdstuk 13),
  4. 4.uitleg over hoe de leerlingen van Jezus met elkaar om moeten gaan (hoofdstuk 18),
  5. 5.over het einde van de wereld (hoofdstukken 23-25).

Ook zien we op het einde van het evangelie dat Jezus de opdracht aan zijn leerlingen geeft om te onderwijzen (zie 28:20). Onderwijs is dus van begin tot eind een belangrijk thema in het evangelie volgensMatteüs.

Meer lezen?

Op debijbel.nl vind je nog meer achtergrondinformatie bij onderwerpen uit deze bijbelstudie, bijvoorbeeld: Galilea, leerlingen, Matteüs en de Bergrede.

Ben je benieuwd hoe de eerste hoofdstukken van Matteüs in die tijd geklonken hebben? Luister dan hier naar de gereconstrueerde, Griekse uitspraak: https://www.koinegreek.com/ntaudio

Bijbelstudie voor kringen 1: Het begin van Jezus’ verkondiging

Om te beginnen

Leg post-its in drie verschillende kleuren, pennen, en een groot vel papier klaar. Deel post-its in twee kleuren uit en vraag aan iedereen om daarop zijn of haar antwoord op twee vragen te schrijven:

  • Wat is je eerste gedachte bij de Bergrede?
  • Op welke vragen hoop je antwoord te krijgen?


Laat iedereen de post-its op het grote vel plakken. Deel vervolgens post-its in de derde kleur uit. Hierop mogen de deelnemers een reactie schrijven op een van de post-its op het vel. Praat er eventueel nog over door. Zijn er vragen en gedachten die bij veel mensen leven? Wat zou voor jou nodig zijn om de bijeenkomsten tot een succes te maken? Wat kun je hier zelf aan bijdragen?

Gespreksvragen

  • Wat is je het meest bijgebleven van deze bijbelstudie? Welk woord, beeld of gevoel staat je nog voor de geest?
  • Wat neem je mee? Wat roept vragen of weerstand op?
  • We lazen dat Jezus eerst mensen beter maakt en hen op deze manier Gods liefde laat ervaren, voordat Hij het onderwijs in de Bergrede geeft. Dit maakt mensen nieuwsgierig, en Hij krijgt een grote groep potentiële volgelingen. Bespreek eens met elkaar wat je hiervan kunt leren als je als kerk andere mensen wilt bereiken.
  • Beeld je als groep in hoe het leven van Simon (Petrus), Andreas, Jakobus en Johannes eruit moet hebben gezien een uur voordat Jezus langskwam. Verdeel de volgende rollen met elkaar: collega-vissers, houtbewerkers, vader Zebedeüs, andere familieleden, toevallige voorbijgangers. Neem een paar minuten om je in te leven. Lees vervolgens nog eens Matteüs 4:18-22. Hoe zou jij, vanuit jouw rol, reageren op Jezus’ woorden? Wat zou de vier mannen zo hebben aangesproken dat ze meteen besloten om Jezus te volgen?

Opdracht voor thuis

Neem eens de tijd om na te denken over de volgende twee vragen: Wat wil ik graag van Jezus leren? En wat mag het volgen van Jezus mij kosten? Schrijf dit hieronder op.

Gerelateerde Bijbelgedeelten

Haal het meeste uit debijbel.nl

Word BIJBEL+ gebruiker en ontvang een Bijbel naar keuze en direct toegang tot:

  • Meer dan 20 Bijbelvertalingen (waaronder bronteksten)
  • Extra achtergrondinformatie
  • Studieaantekeningen

Als BIJBEL+ gebruiker steun je het Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap om wereldwijd mensen te bereiken met de Bijbel.

Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschapv.4.19.0
Volg ons