Invalshoek 2 bij Matteüs 26:26-35: Trouw en verloochening
Door je te verdiepen in hoe Jezus tegen zijn leerlingen zegt dat ze Hem allemaal zullen afvallen, kun je in een preek ingaan op vragen als:
- Wat helpt ons om trouw te blijven aan de weg die Jezus gaat?
- Welke hoop en bemoediging spreekt uit deze passage voor wanneer het ons ultiem niet lukt om trouw te blijven?
Een hoopvolle boodschap
Na de maaltijd
De pesachmaaltijd werd besloten met het tweede deel van het zogenaamde halleel, de lofpsalmen (Psalm 113-118
Aankondiging van in de steek laten
Zoals vaker (b.v. Mat. 20:17-19, 24:1-2) voert Jezus onderweg een gesprek met zijn leerlingen. Nadat Hij voor de maaltijd aangegeven heeft dat één van hen Hem zal uitleveren, geeft Hij nu aan dat alle leerlingen Hem in de steek zullen laten (vgl. Joh. 16:32). Door daarbij te citeren uit de profeet Zacharia (Zach. 13:7) geeft Jezus aan dat ook dit allemaal deel is van Gods plan. Zo benadrukt Hij dat de komende gebeurtenissen geen ‘ongeluk’ zijn (in deze toelichting bij Joh. 13:1-17
Het werkwoord skandalisthēsesthe dat Jezus gebruikt voor hoe de leerlingen Hem zullen afvallen is verwant met skandalon dat ‘valstrik’ of ‘struikelblok’ betekent. Op het moment dat Petrus Jezus af wil houden van de weg die Hij moet gaan noemt Hij hem ‘een valstrik’ (Mat. 16:23). Het woord wordt ook gebruikt voor het ‘ten val brengen’ van de gelovigen (Mat. 18:6).
Tegelijkertijd bemoedigt Jezus zijn leerlingen ook: Hij zal uit de dood worden opgewekt en hen voorgaan naar Galilea, de plek waar alles begonnen is en de plek waar de leerlingen herenigd worden. Het is een plek waar Jezus veel wonderen heeft verricht, waaronder het kalmeren van een storm (Mat. 8:23-27). Bovenal verwijst Galilea naar de verkondiging van Gods koninkrijk voor alle volken (zie Mat. 4:15-17; 28:16-20).
Net als eerder in Matteüs 16:13-23 (toegelicht in dit item
Hoop centraal
Waar de maaltijd die Jezus met zijn leerlingen net heeft gevierd de kerk bevestigt als een gemeenschap van vergeving