Reuzen en Enakieten in de Bijbel
Door Matthijs de Jong
In enkele teksten van de Bijbel wordt gesproken over reuzen. Het boek Deuteronomium springt er in de NBV opvallend uit. In dit boek komen de ‘reuzen’ die in Kanaän leven maar liefst vier keer ter sprake (Deuteronomium 1:28; 2:10, 21; 9:2). Daar is in de NBV21 iets mee gebeurd.
Op 13 oktober verschijnt de NBV21, de vernieuwde en verbeterde versie van de Nieuwe Bijbelvertaling (NBV). Eén van de aandachtspunten van de NBV21 is dat er niet méér ingevuld wordt dan nodig is. Elke vertaling moet keuzes maken om een begrijpelijke tekst te bieden, maar de NBV vult soms net te veel in. In de NBV21 hebben we opener vertaald.
Enakieten
Als we ons in de reuzen uit Deuteronomium verdiepen, blijkt het te gaan om het volk van de Enakieten. Die kennen we uit de Bijbel als mensen met een uitzonderlijk groot postuur (bijvoorbeeld Deuteronomium 2:21 en 9:2). Het woord ‘reuzen’ onderstreept dat natuurlijk.
Zo lezen we in Deuteronomium 1:28 in de NBV:
De moed is ons in de schoenen gezonken toen onze verkenners vertelden dat de mensen daar sterker en langer zijn dan wij, dat ze in grote steden met hemelhoge versterkingen wonen en dat er zelfs reuzen leven.
Toen we bij ons werk aan de NBV21 de vertaling vers voor vers doornamen en aan de brontekst toetsten, viel ons echter iets op. De vertaling gaat hier een stap verder dan de brontekst.
In het Hebreeuws staat hier: ‘en dat er zelfs/ook Enakieten leven.’ De NBV heeft dat verduidelijkt tot: reuzen.
Geleende oplossing
Nu is dat geen vergezochte keuze. In het boek Numeri, dat direct aan Deuteronomium voorafgaat, komt deze zelfde gebeurtenis ook ter sprake: het verslag van de verkenners over wat ze in het beloofde land hebben aangetroffen en Israëls reactie daarop.
En in Numeri 13:33 komen dan ook diezelfde Enakieten langs. Dáár staat er in het Hebreeuws nog een extra woord bij, dat ‘reuzen’ betekent: het woord nefiliem. Dus in Numeri spreekt de brontekst echt over ‘reuzen’. De reuzen in Deuteronomium zijn overgenomen uit de vertaling van het boek Numeri, om zo ook de lezer die niet direct een duidelijk beeld heeft bij ‘Enakieten’ op weg te helpen.
De vraag is: is dat nodig?
Natuurlijk wil ook de NBV21 een vertaling van de passages in Deuteronomium aanbieden die te begrijpen is. En Enakieten zijn nou niet de meest bekende figuren voor de gemiddelde hedendaagse Bijbellezer. Maar het punt is dat je prima vanuit het zinsverband kunt opmaken dat het hier om gevreesde figuren gaat. Daar heb je de aanvulling ‘reuzen’ helemaal niet voor nodig.
Niet méér invullen dan nodig
Voor de NBV21 hanteerden we het principe: niet méér invullen in de vertaling dan nodig is. Liever een iets opener vertaling waar dat kan en waar dat werkt. Dan geef je de lezer ruimte voor een eigen invulling, een eigen beeld bij de tekst. Kort gezegd: minder is meer. Dat geldt ook voor de reuzen in Deuteronomium.
In de NBV21 luidt Deuteronomium 1:28:
De angst sloeg ons om het hart toen onze verkenners vertelden dat de mensen daar sterker en langer zijn dan wij, dat ze in grote steden met hemelhoge versterkingen wonen en dat ze daar zelfs Enakieten hebben gezien.
Dankzij twee elementen in de tekst komt de lezer vanzelf uit bij de beoogde betekenis. Het ene is de opbouw, de climax die in dit vers zit: sterker en langer, grote steden, hemelhoge versterkingen – groot, groter, grootst. En dan als klap op de vuurpijl de Enakieten.
En het tweede is dat het woordje ‘zelfs’ helpt om de conclusie te trekken: dat moeten dus wel zéér gevreesde mensen zijn geweest.
Ook in de brontekst zit die climax, gemarkeerd door het Hebreeuwse woord wegam, dat je heel goed met ‘zelfs’ kunt vertalen.
Ruimte voor eigen beeld en invulling
Dit is een mooi voorbeeld van ‘minder is meer’. In plaats van een ingevulde vertaling met ‘reuzen’ biedt de NBV21 hier een suggestieve vertaling: de lezer wordt de goede kant op geholpen, maar houdt ruimte voor een eigen beeld en invulling.
Dit principe van ‘minder is meer’ is een van de structurele verbeterpunten in de NBV21. Er viel op dit punt veel te winnen. Blader maar eens, als je volgende week de NBV21 kunt lezen, naar Matteüs 10:29 of Lucas 2:51!
Matthijs de Jong
Hoofd Vertalen bij het Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap
Het voorbeeld in deze blog is ontleend aan het nieuwe boek van Matthijs de Jong en Cor Hoogerwerf, NBV21: De vertaalmethode toegelicht, dat binnenkort verschijnt. Bekijk het boek hier
Bovenstaande blog gaat over één van de speerpunten van de NBV21: ‘minder invulling’. Andere speerpunten van de NBV21 worden besproken in eerdere blogs: