9 maart – Erbij horen?
Bijbeltekst(en)
Marcus 7
Naar Tyrus, Sidon en de Dekapolis
In dit verhaal maakt Jezus twee mensen beter: een meisje dat last heeft van een kwade geest, en een dove man.
Het bijzondere van deze twee verhalen is dat ze plaatsvinden in niet-Joods gebied. En over de vrouw wordt zelfs gezegd dat ze geen Jodin is. Jezus wil de vrouw dan ook eerst niet helpen. Hij is er eerst voor de kinderen (de Joden), en niet voor de honden (niet-Joden). Die woorden klinken hard: noemt Jezus niet-Joden nu ‘honden’?
Over honden wordt in de Bijbel vaak negatief gesproken. Zwerfhonden waren vies en konden vals zijn. Daarom wordt het woord ‘hond’ vaak als scheldwoord gebruikt. Maar hier gaat eerder over ‘schoothondjes’, die bij het gezin hoorden. Zulke honden werden wél gewaardeerd. Dus ook al wil Jezus er in de eerste plaats voor de kinderen zijn, Hij vergeet deze honden niet. Hij helpt ook deze vrouw en haar dochter.
Hoe ga jij om met mensen die op het eerste gezicht anders lijken te zijn dan jijzelf?