Woensdag 25 maart
Bijbeltekst(en)
Matteüs 15
Naar Tyrus en Sidon
Wat maakt een mens onrein?
Wij denken daarbij het eerst aan vuil. Misschien wel aan de bacteriën die ongemerkt op je handen zitten – vandaar ook de goede gewoonte om voor het eten je handen te wassen.
Voor de farizeeën gaat het om iets anders: ‘rein’ en ‘onrein’ had voor hen te maken met de vraag of iemand geschikt was om in de buurt van het heiligdom te komen. In de wetten van Mozes staan hierover allerlei regels. Volgens die wetten gold de regel om je handen te wassen alleen voor priesters voordat zij een cultische handeling gingen verrichten, maar de farizeeën hadden dit uitgebreid tot het dagelijks leven. Jezus gooit het over een andere boeg: of je geschikt bent om in de buurt van God te komen is geen cultische kwestie, maar een kwestie van het hart. Onreinheid komt dan ook niet van buiten, maar van binnen. En om rein te worden is handen wassen niet voldoende: je moet je gedrag en vooral je houding aanpassen.
Vraag: ‘Waar het hart vol van is, daar loopt de mond van over.’ Waar is uw hart vol van?