5/7 - Verantwoordelijkheid
Bijbeltekst(en)
Lucas 16
Veel ouders geven hun kinderen zakgeld of kleedgeld. Vaak zijn dat geen wereldbedragen. Het gaat soms ook niet per se om het specifieke bedrag, maar meer om de bedoeling erachter: het is ‘oefengeld’. Door kinderen een bepaald bedrag per week of per maand te geven, leren ze er op een goede manier mee om te gaan. Dat bereidt ze voor op later, als het om veel grotere bedragen gaat.
Jezus gebruikt in de tekst van vandaag eenzelfde principe als het gaat om ‘de valse mammon’ (BGT: ‘dat ellendige geld’). Is geld belangrijk voor Jezus? Eigenlijk niet. Geld is iets van deze wereld, en die is slechts een voorproefje van wat nog gaat komen. Niet voor niets beantwoordt Jezus een strikvraag over belastingen met: ‘Geef dan wat van de keizer is aan de keizer, en geef aan God wat God toebehoort’ (Matteüs 22:21).
De manier waarop je hier en nu met geld omgaat, zegt echter wel iets over waar je prioriteiten liggen en welke keuzes je zult maken als het er echt op aankomt. Als jij eerlijk en betrouwbaar bent met je aardse ‘zakgeld’ dat juist ook zoveel verleidingen met zich mee kan brengen, dan zegt dat iets over hoe je om zult gaan met de dingen die God toebehoren. Dien je hem met heel je hart, dan klinkt dat door in al je keuzes – groot en klein.
Hoe bewust ben jij je van de manier waarop je met geld omgaat? Zit hier voor jou een diepere betekenis achter?