9 bijzondere Bijbelteksten over muziek
In de Bijbel wordt veel gezongen en muziek gemaakt. Er is namelijk nogal eens wat te vieren – en ook op verdrietige momenten of in de strijd komen er vaak instrumenten tevoorschijn. Muziek en zang brengen mensen dichter bij elkaar én dichter bij God.
De eerste muzikanten
De eerste muzikant over wie we lezen in de Bijbel is Jubal, die afstamt van Kaïn. Het zou goed kunnen dat er voor die tijd al wel gezongen werd, maar hij lijkt degene te zijn die ook instrumenten introduceert.
Nadat het volk van Israël door Gods toedoen door de Rietzee is getrokken, zingt zowel Mozes (Exodus 15:1-19) als Mirjam een lied tot eer van God. Dit is een manier om God te danken én om het hele volk eraan te herinneren dat het God is die voor dit wonder heeft gezorgd.
Debora is een profetes en een rechter, die Israël leidt in de strijd tegen de Kanaänieten. Het lied dat ze zingt is niet alleen een manier om God te loven en te prijzen, maar ook een bron van hoop voor de mensen van toen en nu. Haar boodschap: vertrouw op God, wat voor strijd je ook moet leveren.
Het belang van muziek
De Levieten zijn verantwoordelijk voor het dragen van de ark van God, maar dat is niet alles; muziek maken hoort ook bij hun takenpakket. Het gaat hierbij niet om zomaar wat muzikale omlijsting. Met hun vreugdeliederen eren ze God, nodigen Hem uit in hun midden en maken het volk bekend met zijn grote macht.
Asaf en zijn familie zijn erg belangrijk voor de eredienst (zie 1 Kronieken 25:1-2). Ze schrijven liederen en leiden de zang. Asafs naam komt meerdere keren terug in de Psalmen. Zijn liederen brengen tot op de dag van vandaag mensen dichter bij God.
Saul wordt gekweld door een kwade geest. Dat is niet zomaar een dipje, hij heeft er erg veel last van. Er moet dus wel iets heel bijzonders zijn aan Davids getokkel; het is een door God gegeven talent.
Muziek in het Nieuwe Testament
In het Nieuwe Testament zien we dat muziek niet alleen op vrolijke momenten een rol speelt, maar bijvoorbeeld ook bij rouw: wanneer men denkt dat de dochter van Jaïrus gestorven is, treft Jezus fluitspelers en weeklagers aan. Hij stuurt ze echter direct naar huis. Jezus brengt leven, hij verandert rouw in lofgezang.
Jezus en zijn discipelen zetten de traditie van de lofzangen uit het Oude Testament voort. Bij de Pesach-maaltijd zingen ze het hallel (Psalm 113-118). Zo klinken er woorden van bevrijding, vlak voordat Jezus’ lijden begint.
Wat zou jij doen als je in de gevangenis zat? Voor Paulus en Silas lijkt het haast vanzelfsprekend om niet alleen te bidden, maar ook lofliederen te zingen. Wat misschien nog wel opvallender is, is dat hun medegevangenen aandachtig luisteren. De Geest werkt ook hier door muziek en zang heen. Zelfs de deuren springen open!