Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap

Inleiding Genesis

Wat is het verhaal achter de tekst?

Genesis is het eerste boek van de Bijbel. Het Griekse woord genesis betekent: oorsprong, ontstaan. Het boek Genesis gaat namelijk over de oorsprong en het ontstaan van de wereld, van de mensen en van het volk Israël.

Het boek Genesis bestaat uit twee delen: Genesis 1-11 en Genesis 12-50. Genesis 1-11 gaat over het begin van de wereld, en Genesis 12-50 over de voorvaders.

Het begin van de wereld (Genesis 1-11)

In het eerste deel van het boek Genesis kun je lezen hoe God de hemel, de aarde en de mensen maakt, en hoe de eerste mensen leven. Je leest hoe het kwaad in de wereld komt. En hoe dat kwaad zorgt voor ruzie tussen de mensen, en tussen God en de mensen. Vanwege al het kwaad straft God de aarde met een grote overstroming.

Genesis 1-11 kun je in vier delen verdelen:

  • Genesis 1-4: De schepping van de wereld; het verhaal van Adam en Eva
  • Genesis 5: De nakomelingen van Adam
  • Genesis 6-10: Het verhaal van Noach en de grote overstroming
  • Genesis 11: De bouw van een toren in de stad Babel

De voorvaders (Genesis 12-50)

Het tweede deel van het boek Genesis gaat over het leven van de voorvaders van het volk Israël: Abraham, Isaak en Jakob. Je leest hoe zij door God geroepen worden en hoe God hen helpt in hun leven. De voorvaders zijn niet perfect: ieder van hen heeft zijn eigen gebreken en fouten. Toch zegent God hen, en hij belooft hun dat er een groot volk van hen zal afstammen: het volk Israël.

Wat zijn de thema’s in dit boek?

De plaats van de mensen in de wereld, en het ontstaan van het kwaad

Vooral in het eerste deel van het boek Genesis (Genesis 1-11) gaat het over vragen als: Hoe is de wereld geworden zoals die nu is? Wat is de plaats van de mensen in de wereld? Er wordt verteld hoe God de mensen gemaakt heeft als man en vrouw, hoe schuld en zonde in de wereld gekomen zijn, en hoe God de mensen voor hun fouten straft.

Maar je leest ook hoe God Noach gebruikt om de wereld te redden, en hoe hij een nieuw begin maakt met de mensen.

In het laatste deel van Genesis 1-11 wordt uitgelegd waarom alle volken verspreid over de aarde leven, en waarom ze verschillende talen spreken.

God belooft zijn volk een eigen land

In het tweede deel van Genesis (Genesis 12-50) gaat het vooral over Gods belofte aan de voorvaders van Israël: Abraham, Isaak en Jakob. Hij zal hun veel nakomelingen geven en een eigen land (Kanaän) om in te wonen.

God leidt de geschiedenis

Een belangrijk thema in het hele boek Genesis is dat God de geschiedenis leidt: hij leeft met de mensen mee, en weet hoe het met hen gaat. Hij zegent en beschermt hen. Hij vertelt hun wat ze moeten doen, en belooft hun een goede toekomst.

Hoe kun je dit boek lezen?

Het begin

Het boek Genesis is het begin van de vijf boeken van Mozes. In de boeken daarna kun je lezen hoe het verdergaat met de nakomelingen van Abraham, Isaak en Jakob (de Israëlieten). Hoe ze uitgroeien tot een volk met een eigen koninkrijk en een eigen geschiedenis.

Vragen

Veel vragen waar het in het boek Genesis over gaat, zijn nog steeds heel belangrijk voor ons geloof. Dat zijn vragen zoals: Hoe is het kwaad in de wereld gekomen? En: Wat vindt God van het kwaad?

Maar ook: Hoe zie je in de verhalen in het boek Genesis dat God toch steeds verdergaat met de mensen, ondanks alle verkeerde dingen die ze doen? Want het boek Genesis laat vooral zien hoe trouw God is. Hij sluit een verbond met Noach en Abraham, en hij belooft dat hij voor altijd bij hen en hun nakomelingen zal zijn.

Die trouw van God aan de mensen blijft ook een belangrijk onderwerp in alle boeken die op Genesis volgen.

Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschapv.4.18.8
Volg ons