Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap

Inleiding Jakobus

Wat is het verhaal achter de tekst?

Lessen voor iedereen

De brief van Jakobus is geen gewone brief. Het is een brief aan ‘alle mensen op aarde die horen bij het volk van God’ (Jakobus 1:1). Jakobus schrijft dus niet voor één gemeente (zoals Paulus doet): zijn lessen zijn bedoeld voor iedereen die in Jezus gelooft. Hij gebruikt de vorm van een brief om zijn lezers toch persoonlijk te kunnen aanspreken, als ‘vrienden’. Ook een aantal andere ‘brieven’ in het Nieuwe Testament zijn geschreven voor christenen in het algemeen: 1, 2 en 3 Johannes, 1 en 2 Petrus en Judas. Deze teksten worden daarom vaak ‘katholieke brieven’ genoemd. Het woord ‘katholiek’ komt van een Grieks woord dat ‘algemeen’ betekent.

Wie was Jakobus?

De schrijver van dit boek noemt zichzelf ‘Jakobus, een dienaar van God en van de Heer Jezus’ (Jakobus 1:1). De naam Jakobus kwam veel voor in de tijd van het Nieuwe Testament. Jezus had twee leerlingen die Jakobus heetten, en volgens Marcus 6:3 en Galaten 1:19 heette een van de broers van Jezus ook Jakobus. Jakobus, de broer van Jezus, had een belangrijke taak in de christelijke gemeente van Jeruzalem (Handelingen 15:13).

De inhoud van de brief van Jakobus lijkt veel op het onderwijs van Jezus. De schrijver wist dus goed wat Jezus gezegd en gedaan had. Maar hij was ook hoogopgeleid: hij gebruikt moeilijke taal en kent de Griekse cultuur van de eerste eeuw. Dat past niet echt bij wat de Bijbel zegt over Jezus’ leerlingen en broers. Die worden beschreven als eenvoudige vissers en timmermannen.

Uiteindelijk weten we niet wie de brief geschreven heeft: een leerling van Jezus, een van zijn broers, of iemand die later in Jezus is gaan geloven.

Wat zijn de thema’s in dit boek?

Houd vol!

Jakobus begint zijn brief met een bemoediging: als je het moeilijk hebt, moet je blij zijn. Juist door moeilijkheden leer je om nog beter te doen wat God wil. Maar hij waarschuwt zijn lezers ook: geef God niet de schuld als je verleid wordt om verkeerde dingen te doen. God geeft alleen maar goede dingen aan de mensen die in hem geloven! Daar moet je nooit aan twijfelen. Als je blijft geloven, geeft God je niet alleen wijsheid, maar zelfs het eeuwige leven.

Geloven = doen

Jakobus is heel praktisch. Geloof is voor hem meer dan het eens zijn met een bepaalde leer. Als je in Jezus gelooft, verandert dat geloof je van binnenuit (Jakobus 1:18). Het heeft invloed op alles wat je doet. Het helpt je om niet toe te geven aan slechte verlangens, om jezelf niet beter te vinden dan een ander, en om andere mensen te helpen. Als je niet goed met andere mensen omgaat, betekent het dat je geloof waardeloos is, en dat je nog geen echte wijsheid van God hebt ontvangen.

Let op je woorden!

Als je gelooft, heeft dat volgens Jakobus ook invloed op hoe je spreekt. Je kunt niet het ene moment God danken, en het volgende moment een ander mens vervloeken (Jakobus 3:9-12). Jakobus sluit hiermee aan bij het boek Spreuken en bij het onderwijs van Jezus in de evangeliën, bijvoorbeeld in Lucas 6:43-45. Woorden lijken klein en onbelangrijk, maar ze kunnen veel stukmaken – of juist opbouwen.

Hoe kun je dit boek lezen?

Aan het werk!

Jakobus wil zijn lezers niet alleen overtuigen van zijn standpunten, hij wil vooral dat ze anders gaan leven. Daarom geeft hij veel voorbeelden uit het dagelijks leven. Jakobus vindt bijvoorbeeld dat je als christen iedereen op dezelfde manier moet behandelen (Jakobus 2:1). Hij vraagt zijn lezers om zich een situatie voor te stellen: een arme en een rijke man willen allebei naar een christelijke bijeenkomst gaan. Wie krijgt daarbij de beste plaats?

Probeer tijdens het lezen van de brief voorbeelden uit je eigen leven te bedenken bij de onderwerpen die Jakobus bespreekt.

Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschapv.4.18.8
Volg ons