De opleiding van Paulus
Paulus groeide op in Tarsus. Later zou hij naar Jeruzalem gegaan zijn. Als vrome Jood probeerde hij de Joodse volgelingen van Jezus Christus uit te roeien. Om in zijn levensonderhoud te voorzien werkte hij als ambachtsman.
In Tarsus
De stad Tarsus in Klein-Azië ademde in de tijd van Paulus een Hellenistische, Grieks-Romeinse sfeer. De voertaal was er, zoals in veel steden in het uitgestrekte Romeinse rijk, Grieks. Het is waarschijnlijk dat de Joodse gemeenschap in Tarsus, waartoe ook Paulus behoorde, sterk beïnvloed werd door de allesoverheersende Griekse cultuur van die dagen.
Paulus sprak Grieks, schreef Grieks en nam duidelijk en van harte deel aan deze Griekse cultuur. Volgens Handelingen 21:40 en Handelingen 22:2 sprak Paulus ook Hebreeuws.
In Jeruzalem
In het boek Handelingen
Farizeeër
Paulus was een farizeeër
Paulus vertelt dat ook hij vóór zijn bekering de Joodse regels, wetten en tradities nauwgezet naleefde en probeerde te voldoen aan alle geboden van God (Galaten 1:14).
Vervolger van de kerk
Paulus’ vroomheid ging zelfs zo ver dat hij de Joodse volgelingen van Jezus Christus
Ambachtsman
In Handelingen 18:3 staat dat Paulus tentenmaker en leerbewerker was. Hijzelf vermeldt in zijn brieven alleen dat hij door hard te werken in zijn eigen levensonderhoud voorzag (1 Korintiërs 4:12; 1 Tessalonicenzen 2:9). Zo voelt hij zich onafhankelijk en vrij om het evangelie te verkondigen zoals hij dat wil (1 Korintiërs 9).