Marcus 10:32-45 – Preekinspiratie
Deze passage in de NBV21
Op weg naar Jeruzalem
Waar gaat het om in dit gedeelte?
Bekijk
met Jan Scheele-Goedhart, predikant (PKN) te Vijfhuizen
Ter inspiratie: De laatste willen zijn
Jezus’ leerlingen maken zichzelf graag groot. Eerder in ditzelfde hoofdstuk doen ze dat door mensen te verbieden kinderen bij Jezus te brengen. Ze berispen deze mensen, een werkwoord dat ook gebruikt wordt wanneer Jezus demonen uitdrijft en bestraffend toespreekt. Dat zegt wel iets over hoe groot de leerlingen zich maken. Alleen doen ze dat niet tegenover kwade machten, maar tegenover mensen die kinderen bij Jezus willen brengen … En in het hoofdstuk hiervoor vertelt Marcus hoe de leerlingen onderweg met elkaar discussiëren over wie van hen de belangrijkste is. Tegen wie moeten ze echt opkijken, wie is onder hen ‘de grootste’?
Keer op keer maakt Jezus duidelijk dat het bij God zo niet werkt. Hij zet wat wij mensen normaal vinden op z’n kop. Kijk niet op tegen de groten, zegt Jezus, maar zet de kleinen en de kwetsbaren centraal. Wie naar menselijke normen voorop gaan, gaan wat God betreft juist achterop.
Het is heel menselijk om te veronderstellen dat de situatie nu en die in Gods wereld in elkaar verlengde liggen. Wij denken: als je wilt dat God onder de indruk van je is, dan volgt dat uit dat mensen nu van je onder de indruk zijn, om je succesvolle leiderschap, je grote kwaliteiten, of juist je opofferingsgezindheid. De les die Jezus ons leert is steeds: pas als je je aanzien onder mensen opgeeft en niet meer najaagt kun je je gaan gedragen op een manier die je aanzien geeft bij God. Het gaat niet samen op. Terwijl dat juist wel onze neiging is dat te veronderstellen. Evengoed in de kerk, waar we leiders en grote theologen op een voetstuk zetten.
Dit blijkt dus een hele taaie les om te leren. In onze passage komen de broers Jakobus en Johannes bij Jezus. Ze worden op een andere plek ook wel ‘de zonen van de donder’ genoemd, niet voor een kleintje vervaart! Ook nu zijn ze voortvarend en komen ze bij Jezus om de belangrijkste plekken op te eisen voor henzelf in wat we Gods/Jezus’ ministerraad zouden kunnen noemen. De andere leerlingen zijn heel boos als ze hier van horen. Maar waarom precies? Omdat ze het hen niet gunnen. Ze lijken vooral kwaad over het feit dat ze niet zelf op dit idee zijn gekomen …
Jezus maakt opnieuw duidelijk dat het onder zijn volgelingen er zo niet aan toe kan gaan. Er zijn geen ereplaatsen te verdelen als prijs voor je inzet, zelfs al geef je je leven voor de goede zaak. De manier waarop leiders overal ter wereld macht uitoefenen mag voor de christenen géén voorbeeld zijn. Wie in de christelijke gemeenschap leider wil zijn moet zichzelf juist niet groot maken, maar bereid zijn de minste te willen zijn.
Leiderschap draait niet om jezelf, maar gaat 100% om het dienen van anderen. Zoals het Jezus niet om Hemzelf te doen is, maar Hij zichzelf helemaal geeft om anderen vrij te maken. Die omkering proberen in praktijk te brengen, vraagt in dit leven misschien wel steeds herhaalde bekering tot de weg van Jezus. Steeds weer ervoor kiezen de laatste te willen zijn.
Meer weten?
Op deze pagina
In dit verdiepend artikel
Hier
En wanneer je een Plus-account hebt, vind je hier
Op deze pagina:
... vind je in video-vorm, podcast en tekst inspiratie voor de preek verbonden aan de kern van dit Bijbelgedeelte.
In deze passage proberen twee van Jezus’ leerlingen een ereplaats voor zichzelf te regelen. Jezus maakt echter opnieuw duidelijk dat het er onder zijn volgelingen anders aan toegaat dan wat bij mensen als normaal geldt: wie belangrijk wil zijn, moet zichzelf juist in dienst van anderen stellen.
Je vindt op deze pagina ook links naar meer achtergrondinformatie bij deze passage. Dit alles helpt je om een goed onderbouwde en inspirerende preek te maken die ingaat op actuele vragen.