Spreekwoorden uit de Bijbel: Zo moeder zo dochter
Elke tweede zondag van mei is het moederdag. Voor sommigen een feestelijke en mooie dag vol (zelfgemaakte) cadeaus. Maar voor anderen een moeilijke dag als ze zelf geen moeder zijn geworden, of als je moeder is overleden. Moederdag heeft eigenlijk niets met de Bijbel te maken, maar wist u dat er in de Bijbel wel een spreekwoord voorkomt over moeders en dochters?
Zo moeder, zo dochter
Het spreekwoord komt voor in Ezechiël 16:44.
Hoofdstuk 16, waar het spreekwoord gebruikt wordt, hoort bij het tweede deel van het Bijbelboek. In Ezechiël 6-24
De stad Jeruzalem
In hoofdstuk 16 wordt de stad Jeruzalem vergeleken met een baby die door God gevonden is. Haar vader en moeder zijn de Amorieten en de Hethieten. Dat zijn de volken die eerst in het land woonden. Maar die ouders hebben de stad als het ware in de steek gelaten, en toen heeft God de stad opgevoed, en ervoor gezorgd dat het goed met haar ging. Ze werd een prachtige stad, dankzij God.
Maar de inwoners van Jeruzalem zijn andere goden gaan dienen, en wilden niets meer weten van God. Om in de beeldspraak van Ezechiël te blijven: de stad gedroeg zich als een prostituee. Haar zussen, de steden Samaria en Sodom, gedroegen zich al slecht, maar Jeruzalem nog veel slechter.
Deze boodschap moet voor de inwoners van Israël verschrikkelijk hard aangekomen zijn. Om met een ander Bijbels spreekwoord te spreken: Het is makkelijker om de splinter in de ogen van de andere volken en steden te zien, dan de balk in je eigen oog.
God straft, omdat hij van zijn volk houdt
De context van het spreekwoord is dus alles behalve positief in Ezechiël. Maar dat mag de pret niet drukken voor moederdag. Want Ezechiël gebruikt het om aan te geven dat God wil dat het weer goed komt tussen hem en zijn volk. God straft ze streng, maar dat doet hij omdat hij van zijn volk houdt. En dat is iets dat kinderen en ouders ook deze moederdag wel zullen herkennen.