Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap

Wie is de Heilige Geest in de Bijbel

In de Bijbel komen drie afzonderlijke personen naar voren die elk God zijn: God de Vader, God de Zoon en God de Geest. De eerste van deze drie Goddelijke personen die expliciet genoemd wordt in de Bijbel is de Geest.

De werking van de heilige Geest is een van de centrale thema’s van de Bijbel. In de Bijbel wordt ‘geest’ gebruikt voor Gods aanwezigheid en kracht. De aanduiding van Gods geest met ‘heilig’ komt vooral in het Nieuwe Testament voor.

Het begrip heilige Geest

Het Hebreeuwse woord voor geest is roeach, het Griekse woord is pneuma. Deze woorden betekenen in de eerste plaats wind of adem.

De combinatie met het woord ‘heilig’ is vooral bekend uit het Nieuwe Testament (vooral bij Lucas en Johannes). Maar ook daar wordt het woord ‘geest’ veel vaker los gebruikt. In het Oude Testament komt de combinatie ‘heilige Geest’ maar enkele keren voor (Psalm 51:13 en Jesaja 63:10-11).

Gods geest in het Oude Testament

De kracht van de geest van God komt eerst naar voren bij charismatische rechters en extatische profeten. De rechters krijgen Gods geest voor een bepaalde tijd zodat ze een ongewone taak kunnen volbrengen. Als beschreven wordt dat profeten vervuld worden met Gods geest betekent dit dat ze in extase zijn: de religieuze inspiratie uit zich in extase.

Met de overgang van het leiderschap van de rechters naar het koningschap, verandert ook het beeld van de geest van God. Het wordt minder dynamisch. Gods geest wordt nu verbonden aan een functie. De zalving van de koning wijst erop dat Gods geest met de koning is. Later wordt dit ook toegepast op de messias en op het hele volk.

In Ezechiël en Joël krijgt de geest een opvallende rol. Bijvoorbeeld in het visioen over het dal vol beenderen in Ezechiël 37:1-14. Gods geest schenkt nieuw leven aan wanhopige mensen in ballingschap. In het bijbelboek Joël is de uitstorting van de geest over het hele volk een teken dat de dag van de HEER aanbreekt.

De heilige Geest in het Nieuwe Testament

De christelijke gemeente wordt beschreven als een gemeenschap aan het einde van de tijd die vervuld is met de Geest. Dat komt in alle geschriften van het Nieuwe Testament naar voren. De heilige Geest komt in allerlei contexten ter sprake, bijvoorbeeld:

  • Het verhaal over de uitstorting van de heilige Geest, bekend als Pinksteren en te vinden in Johannes 20:19-23 en Handelingen 2:1-13.
  • De opstanding van Jezus en van de christenen is verbonden met Gods geest (Romeinen 1:4).
  • Bij de doop van Jezus daalt de Geest in de vorm van een duif op hem neer (bijvoorbeeld Lucas 3:22).
  • De Geest is aanwezig in het charismatische optreden van Jezus (bijvoorbeeld bij het uitdrijven van demonen, zie Matteüs 12:28).
  • In de brieven van Paulus, wanneer hij spreekt over de plaats van de wet in het leven van christenen (bijvoorbeeld Romeinen 8:2-4).
  • In het evangelie volgens Johannes heeft de Geest een bijzondere functie. De Geest wordt als een soort sfeer afgezet tegen de sfeer van de wereld, de duisternis en het vlees (zie bijvoorbeeld Johannes 3:6).

Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschapv.4.25.2
Volg ons