Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap

Marcus 13:14-27 – Preekinspiratie

Deze passage in de NBV21

14Wanneer jullie de “verwoestende gruwel” zien staan waar hij niet hoort (lezer, begrijp dit goed), dan moet iedereen in Judea de bergen in vluchten; 15wie op het dak van zijn huis is moet niet beneden nog iets gaan halen, 16en wie op het land is moet niet naar huis gaan om zijn mantel te halen. 17Wat zal het rampzalig zijn voor de vrouwen die in die tijd zwanger zijn of een kind aan de borst hebben! 18Bid dat het niet in de winter gebeurt, 19want het zal een tijd van grote verdrukking zijn zoals er sinds het begin van Gods schepping nooit geweest is en ook nooit meer zal komen. 20En als de Heer die tijd niet had verkort, zou geen enkel mens worden gered; maar omwille van de uitverkorenen, die Hij tot de zijnen heeft gemaakt, heeft Hij die tijd verkort. 21Als iemand dan tegen jullie zegt: “Kijk, hier is de messias,” of: “Daar is hij,” geloof het dan niet, 22want er zullen valse messiassen en valse profeten komen, die tekenen en wonderen zullen verrichten om zo mogelijk Gods uitverkorenen te misleiden. 23Jullie moeten oppassen, Ik heb het jullie allemaal van tevoren gezegd.

24Maar in de dagen na de verdrukking zal de zon verduisterd worden en de maan geen licht meer geven, 25de sterren zullen uit de hemel vallen en de hemelse machten zullen wankelen. 26Dan zal men de Mensenzoon zien komen op de wolken, bekleed met grote macht en luister. 27Dan zal Hij de engelen eropuit sturen om zijn uitverkorenen uit de vier windstreken bijeen te brengen, van het uiteinde van de aarde tot het uiteinde van de hemel.

Marcus 13:14-27NBV21Open in de Bijbel

Waar gaat het om in dit gedeelte?

Bekijk

met Werner Pieterse, predikant (PKN) in Haarlem

Blijf op de hoogte

Wil je een seintje ontvangen wanneer er nieuw materiaal online staat?

Ter inspiratie: Altijd in Gods handen

De eerste hoorders van het Evangelie volgens Marcus staat helder voor ogen hoe de Romeinse generaal Titus tegen Jeruzalem opgetrokken is. De verwoesting van de tempel in 70 na Christus is óf een reële dreiging, of pas gebeurd. De lezers zullen de gebeurtenissen zoals die geschetst worden in vers 14 t/m 19 herkend hebben als iets actueels. Alleen wie zelf heeft moeten vluchten voor bruut oorlogsgeweld en de verwoesting die dat teweegbrengt, kan zich goed voorstellen wat mensen in zo’n situatie overkomt.

Met één uitzondering: de ontwijding en verwoesting van Gods tempel, het imposante gebouw waar de leerlingen in 13:1 vol bewondering over spreken, vormt een ramp die iedere voorstelling te boven gaat. De dienst aan God wordt van zijn centrale plek beroofd. Sowieso was er grote onrust in de hele wereld zoals mensen die toen kenden. Er woedden meerdere oorlogen, inclusief een burgeroorlog in Rome – het centrum van de macht. Bij dit alles werden christenen ook nog om hun geloof vervolgd. Wellicht kunnen wij, wanneer onze veiligheid in de wereld een stuk onzekerder wordt, ons (tot op zekere hoogte) herkennen in de situatie van destijds.

Met wat wel ‘de rede van de laatste dingen’ genoemd wordt, wil Jezus zijn volgelingen geruststellen en bemoedigen. Deze dingen gebeuren niet zomaar. Zijn volgelingen zijn niet overgeleverd aan de machten van chaos en toeval. Ze horen bij het verwachte verloop van de mensengeschiedenis, dat hoe dan ook niet buiten God om gaat. Net zoals Jezus het lijden dat Hem te wachten stond, meermaals aangekondigd heeft, kondigt Hij het lijden dat zijn volgelingen te wachten staat, ook aan. En zoals Hij het benoemen van zijn eigen lijden steeds verbindt met zijn opstanding, zijn overwinning op de machten van chaos en dood, zo plaatst hij het verwachte lijden van wie Hem volgt in het licht van de komst van de Mensenzoon en het definitief aanbreken van Gods koninkrijk.

Christenen leven in een tussentijd, ook nu. Ze leven tussen de gebeurtenissen zoals Jezus hier zegt dat ze zullen plaatsvinden en dit definitief aanbreken van Gods koninkrijk in. Ze kunnen dergelijke gebeurtenissen verstaan als horend bij deze tussentijd, zonder precies te weten wanneer die tussentijd eindigt. Jezus waarschuwt zijn volgelingen niet mee te gaan in speculaties op dat gebied. In plaats daarvan roept Hij zijn volgelingen op om alert te blijven, zich te richten op de taak die Hij aan hen heeft toevertrouwd en vast te houden aan de verwachting van Zijn onvermijdelijke ultieme overwinning op de machten van chaos en dood.

Laten we ons daarom niet verliezen in de precieze duiding van het chronologische scenario dat in dit hoofdstuk geschetst wordt. Daarover zijn de uitleggers het ook niet eens. De onderliggende boodschap is dat net zoals de Mensenzoon door lijden en beproeving tot Gods luister verhoogd is, zo zijn volgelingen door alle verdrukking en beproeving heen bewaard blijven tot het einde.

Meer weten?

Wil je op het gebied van exegese gelijk meer weten over deze passage?

Op deze pagina vind je aantekeningen bij de tekst en meer informatie over de opbouw en context.

Hier lees je deze tekst in verschillende vertalingen.

En wanneer je een Plus-account hebt, vind je hier de passage in verschillende vertalingen met aantekeningen (tip: zet bij ‘Persoonlijk’ ‘Toon voetnoten’ en ‘Toon verwijzingen’ aan).

Op deze pagina:

... vind je in video-vorm, podcast en tekst inspiratie voor de preek verbonden aan de kern van dit Bijbelgedeelte.

Jezus vertelt zijn leerlingen in dit gedeelte over onvoorstelbare gebeurtenissen, inclusief de verwoesting van de tempel, waar zij zo van onder de indruk zijn. Hij doet dit om hen te bemoedigen: dit alles gebeurt niet zomaar, maar loopt onvermijdelijk uit op het definitief doorbreken van Gods koninkrijk.

Je vindt op deze pagina ook links naar meer achtergrondinformatie bij deze passage. Dit alles helpt je om een goed onderbouwde en inspirerende preek te maken die ingaat op actuele vragen.

Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschapv.4.25.2
Volg ons