Dag 9 | Keizer Augustus en Jezus
Bijbeltekst(en)
Lucas 2
De geboorte van Jezus
Na de naamgeving van Johannes keert Lucas nu terug bij Jozef en Maria. Op last van de Romeinse autoriteiten moeten ze op pad gaan naar Betlehem, de plaats waar Jozef vandaan komt, én zijn verre voorouders David. Vanaf het begin combineert Lucas hier de Romeinse heerschappij met opmerkingen over het huis van David, de Joodse (en Messiaanse) koning bij uitstek. Deze spanning speelt een centrale rol in het vervolg van het eigenlijke geboorteverhaal. De geboorte van Jezus is onderdeel van – en staat op gespannen voet met – de grote lijnen van de wereldgeschiedenis zoals het Romeinse Rijk die schreef.
Hoewel Lucas Jezus’ geboorte ‘groot’ maakt, zijn de omstandigheden waarin Jezus geboren wordt buitengewoon bescheiden. Midden in de wereldgeschiedenis plaatst Lucas de geboorte van Jezus, op zich een gebeurtenis van niets, behalve wanneer Jezus op juiste waarde geschat wordt. Dit gebeurt in eerste instantie door de herders, ook een groep die letterlijk aan de rand van de samenleving leeft – namelijk buiten, op het veld; zijn zij de eerste ‘armen’ die Gods heil ervaren zoals Maria’s lofzang het aanduidde?
Eerst verschijnt hun één engel, in zijn letterlijke functie als angelos, een boodschapper die God vertegenwoordigt. Hij doet mededeling van Jezus’ geboorte. De woorden van de engel zijn opvallend: het is de taal van formele, politieke nieuwsberichten uit het Romeinse Rijk. Woorden als ‘goed nieuws’ (‘evangelie’), ‘redder’ en ‘heer’ (vers 10-11) zijn in Romeinse berichtgeving over de keizer en zijn successen heel gebruikelijk.
Het ‘leger’ hemelbewoners dat vervolgens aan het woord komt, vervult de functie van een slotkoor en prijst God. Ook zij gebruiken woorden die ook een politieke betekenis hebben, met name ‘vrede’. De vrede hier is bedoeld voor de mensen die God liefheeft. De Hebreeuwse achtergrond is shalom en geeft een toestand van omvattend welzijn en gerechtigheid aan, dus veel meer dan de afwezigheid van oorlog en geweld alleen. Het is dan ook iets anders dan de ‘vrede’ zoals die in het Romeinse Rijk heerste – in Rome stond bijvoorbeeld de ‘tempel van de vrede’, die gebouwd was met de buit van de verovering van Jeruzalem in 70.
Het is steeds maar de vraag van wie de vrede is en wat hij inhoudt: is het vrede ten koste van anderen of vrede die het welzijn van allen beoogt? De herders voeren vervolgens uit wat de engel hun gezegd heeft. Op die manier hoort iedereen die erbij is wat voor een bijzonder kind Jezus is. Net zoals de engelen sluiten de herders hun taak als boodschappers af met lofgezang (vers 20). Wanneer het om Gods grote daden gaat, is dat de passende respons (zie ook de lofzangen van Maria en Zacharias eerder!).
Als Jezus’ geboorte de geboorte van een verlosser is, waaruit bestaat die verlossing dan in het licht van wat Lucas over Jezus vertelt?
Als Jezus’ geboorte zo politiek geladen is, wat betekent dat voor de viering en vormgeving van zijn geboorte met kerstmis?
Op welke manier verhoudt de vrede die God brengt (2:14) zich tot de vrede van onze samenleving?