Wat zegt de Bijbel over vrijheid?
Vrij zijn. Daarbij kun je aan veel dingen denken. Vrijkomen uit de gevangenis. Vrij zijn van werk of school, vakantie hebben. Erop los leven, alles mogen. In de Bijbel staat vaak dat God de mensen vrij maakt. Maar wat betekent vrijheid in de Bijbel? Als God vrijheid geeft, wat houdt dat dan in?
Vrijheid, voor wie?
In de Bijbel geeft God zijn volk vaak vrijheid. Dat doet hij door de mensen die bij hem horen te bevrijden. Zo laat God zijn trouw zien. Zelfs als de mensen als straf over de aarde verspreid zijn, zal God ze weer bevrijden, en ze weer veilig bij elkaar brengen (Jesaja 11:11-12). De bevrijding van Gods volk uit Egypte is misschien wel het belangrijkste voorbeeld waarin we zien dat God zijn volk vrijheid geeft:
En wie kan zich meten met Israël, uw volk? Het is het enige volk op aarde waarvoor een God zich heeft ingezet om het vrij te kopen en tot zijn volk te maken, om zo voor zichzelf een naam te vestigen door middel van grootse en indrukwekkende daden: omwille van uw volk, dat u uit Egypte hebt bevrijd, hebt u vreemde volken en hun goden op de vlucht gedreven. (2 Samuel 7:23)
In het Nieuwe Testament leest Jezus Jesaja 61:1 voor, een tekst die hij op zichzelf betrekt. Jezus wil vrijheid geven aan armen en onderdrukten. Juist aan degenen die het moeilijk hebben, geeft Jezus vrijheid:
De Geest van de Heer rust op mij,
want hij heeft mij gezalfd.
Om aan armen het goede nieuws te brengen
heeft hij mij gezonden,
om aan gevangenen hun vrijlating bekend te maken
en aan blinden het herstel van hun zicht,
om onderdrukten hun vrijheid te geven,
om een genadejaar van de Heer uit te roepen. (Lucas 4:18-19)
Bevrijd van zonde en dood
In de Bijbel lezen we dat God ons van zonde en de dood bevrijdt. God is degene die je vrij kan spreken van zonde:
Maar wie kan al zijn fouten kennen?
Spreek mij vrij van verborgen zonden. (Psalm 19:13)
Jezus antwoordde: ‘Waarachtig, ik verzeker u: iedereen die zondigt is een slaaf van de zonde. Nu blijft een slaaf niet voor eeuwig in huis, maar de Zoon blijft wel voor eeuwig. Dus wanneer de Zoon u vrij zal maken, zult u werkelijk vrij zijn. (Johannes 8:34-36)
God schenkt vrijspraak aan allen die in Jezus Christus geloven. En er is geen onderscheid. Iedereen heeft gezondigd en ontbeert de nabijheid van God; en iedereen wordt uit genade, die niets kost, door God als een rechtvaardige aangenomen omdat hij ons door Christus Jezus heeft verlost. (Romeinen 3:22-24)
Als je naar Gods wil leeft, heeft zelfs de dood geen macht meer over je:
De weg van de rechtvaardigheid leidt naar het leven,
een geëffend pad is het, vrij van de dood. (Spreuken 12:28)
Wat is vrijheid?
Maar wat houdt vrijheid volgens de Bijbel dan in? Het betekent in ieder geval niet dat je nu alles kan of mag. Paulus waarschuwt dat je je vrijheid zorgvuldig moet gebruiken:
Maar let erop dat de vrijheid die u hebt geen struikelblok wordt voor de zwakken onder u. (1 Korintiërs 8:9)
U zegt: ‘Alles is toegestaan.’ Zeker, maar niet alles is goed. Alles is toegestaan, maar niet alles is opbouwend. Wees niet op uzelf gericht, maar op de ander. (1 Korintiërs 10:23-24)
De vrijheid die God geeft, is onlosmakelijk verbonden met God zelf. Dat betekent dat vrijheid zorgt dat je liefdevol met de ander omgaat, en dat je je gedraagt zoals God dat wil. Vrijheid is bedoeld om het goede te doen. Als God je vrijheid geeft, word je zijn kind. En als kind van God probeer je te leven zoals God dat wil:
U bent nu geen slaven meer, u bent kinderen van God en als zijn kinderen bent u erfgenamen, door de wil van God. (Galaten 4:7)
Broeders en zusters, u bent geroepen om vrij te zijn. Misbruik die vrijheid niet om uw eigen verlangens te bevredigen, maar dien elkaar in liefde, want de hele wet is vervuld in één uitspraak: ‘Heb uw naaste lief als uzelf.’ (Galaten 5:13-14)
Hij heeft zichzelf voor ons gegeven om ons van alle zonde vrij te kopen, ons te reinigen en ons tot zijn volk te maken, dat vol ijver is om het goede te doen. (Titus 2:14)