Wat zegt de Bijbel over jaloezie?
Het gras bij de buren is altijd groener, is de uitdrukking. Daarmee bedoelen we dat het lijkt of bij andere mensen de dingen altijd beter lukken of mooier zijn dan bij onszelf. Het kan om van alles gaan. De ander heeft bijvoorbeeld een mooier huis, een betere baan, een leuker gezin of fijnere vrienden. Dat gevoel van jaloezie kan je behoorlijk in de weg zitten.
Jaloerse mensen in de Bijbel
Jaloers zijn we allemaal weleens, het is heel menselijk. Zo menselijk, dat het in de meest dagelijkse situaties voorkomt. Gewoon in je eigen familie bijvoorbeeld. Dat lezen we al in het eerste boek van de Bijbel, Genesis. Kaïn kan het maar moeilijk verkroppen dat God wel het offer van zijn broer Abel lijkt te zien, maar niet dat van hem. Zijn jaloezie wordt zo groot, dat hij Abel doodt (Genesis 4:1-16).
In Genesis kun je ook lezen over Jozef en zijn broers. De broers zijn jaloers op Jozef om de kleren en de aandacht die Jozef van zijn vader krijgt. Jozef is zelf trouwens ook geen lieverdje. Hij zorgt ervoor dat zijn broers wel jaloers op hem móéten worden: hij pronkt met zijn kleren, en vertelt over dromen waarin de korenschoven van zijn broers voor die van hem buigen (Genesis 37:2-11). Die jaloezie leidt er uiteindelijk toe dat de broers Jozef als slaaf verkopen.
Dat jaloezie grote gevolgen kan hebben, blijkt ook uit Matteüs 27:18. De priesters en de leiders van het volk brengen Jezus naar Pilatus om hem te laten kruisigen, omdat ze jaloers zijn op Jezus.
Wees niet jaloers
De Bijbel schetst een realistisch beeld van de gevolgen van jaloezie. Jaloezie haalt het slechte in de mens naar boven en is niet goed voor jezelf en anderen:
‘Een tevreden geest geeft een goede gezondheid,
jaloezie knaagt aan je botten.’ (Spreuken 14:30)
‘Waar jaloezie en egoïsme heersen, vieren wanorde en allerlei kwaad hoogtij.’ (Jakobus 3:16)
Daarom waarschuwen de schrijvers van de Bijbel hun lezers: geef jaloezie geen kans!
‘Zet uw zinnen niet op de vrouw van een ander, en laat evenmin uw oog vallen op zijn huis, of op zijn akker, zijn slaaf, zijn slavin, zijn rund of zijn ezel, of wat hem ook maar toebehoort.’ (Deuteronomium 4:21)
‘Laten we daarom zo eerzaam leven als past bij de dag en ons onthouden van bras- en slemppartijen, ontucht en losbandigheid, tweespalt en jaloezie.’ (Romeinen 13:13)
De liefde
Jaloezie is hardnekkig. Het is lastig om jezelf niet met anderen te vergelijken. Maar de Bijbel vertelt ook over situaties waarin er geen jaloezie meer is. En dat is wanneer je met liefde naar je medemens en naar jezelf kijkt:
‘De liefde is geduldig en vol goedheid. De liefde kent geen afgunst, geen ijdel vertoon en geen zelfgenoegzaamheid.’ (1 Korintiërs 13:4)