Wie was Maria (moeder van Jezus) in de Bijbel?
Maria is de moeder van Jezus
Wat betekent de naam Maria?
De naam Maria is de Griekse vertaling van de Hebreeuwse naam Mirjam. De betekenis van deze twee namen is onzeker. De namen zouden ‘geliefde’, ‘opstandige’ of ‘sterke zee’ kunnen betekenen.
Verschillende andere vrouwen in het Nieuwe Testament heten ook Maria. De bekendste zijn: Maria uit Magdala
Maria krijgt een boodschap
Voordat Maria met Jozef
Kort daarna vertrekt Maria naar haar nicht Elisabet
Geboorte van Jezus
Als Maria hoogzwanger is reist ze samen met Jozef naar Betlehem
Na Jezus’ geboorte gaan Maria en Jozef in Nazaret
Optreden en dood van Jezus
In Johannes 2:1-12 lezen we dat Maria aanwezig is op de bruiloft in Kana, waar Jezus water in wijn verandert. Johannes vertelt ook dat Maria erbij is als Jezus aan het kruis hangt (Johannes 19:25-27). Jezus vraagt dan aan de leerling van wie hij veel houdt om zijn taak over te nemen en voor zijn moeder te zorgen.
Ook de andere evangelisten vertellen dat Maria aanwezig is bij Jezus’ kruisiging en begrafenis, en na zijn opstanding. Zij noemen haar nooit ‘de moeder van Jezus’, maar gebruiken de namen van haar andere kinderen om haar te onderscheiden van de andere Maria’s (zie bijvoorbeeld Marcus 15:40).
Maria als volgeling van Jezus
De laatste keer dat Maria in de Bijbel wordt genoemd is in Handelingen 1:14. Daar wacht zij samen met andere volgelingen van Jezus op de komst van de heilige Geest