Dag 25 – Redder
Bijbeltekst(en)
Romeinen 10
Gisteren lazen we over de bevrijding van de macht van de zonde, die Jezus brengt. In dit stukje uit Paulus’ brief aan de gemeente in Rome gaat het over de redding van de gevolgen van de zonde. Die redding is voor iedereen: voor Joden en mensen uit andere volken. De enige voorwaarde is dat we geloven én belijden dat Jezus de Heer is. Aan het begin van deze brief heeft Paulus gezegd dat Jezus bij de opstanding met macht is bekleed (Rom. 1:4). Dat Jezus Heer is en dat Hij is opgestaan heeft alles met elkaar te maken. In het Grieks staat hier voor ‘Heer’ kurios. Met dat woord wordt in de Griekse vertaling van het Oude Testament ook de naam weergegeven waarmee God zich in Exodus 3 aan Mozes bekendmaakt. Met deze belijdenis zeg je dus dat je jezelf onder het gezag van de opgestane Jezus stelt én dat Jezus en God de Vader onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn.
Wanneer heb je voor het laatst hardop beleden dat Jezus de Heer is? Vind je dat moeilijk of makkelijk om te doen?