Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap

Maandag 18 maart

Bijbeltekst(en)

Johannes 6

Het teken van het brood

1Daarna ging Jezus naar de overkant van het Meer van Galilea (ook wel het Meer van Tiberias genoemd). 2Een grote menigte mensen volgde Hem, omdat ze gezien hadden welke tekenen Hij bij zieken verrichtte. 3Jezus ging de berg op, en ging daar met zijn leerlingen zitten. 4Het was kort voor het Joodse pesachfeest.

5Toen Jezus om zich heen keek en zag dat die menigte naar Hem toe kwam, vroeg Hij aan Filippus: ‘Waar kunnen we brood kopen om deze mensen te eten te geven?’ 6Hij vroeg dat om Filippus op de proef te stellen, want zelf wist Hij al wat Hij zou gaan doen. 7Filippus antwoordde: ‘Zelfs tweehonderd denarie zou niet voldoende zijn om iedereen een klein stukje brood te geven.’ 8Een van de leerlingen, Andreas, de broer van Simon Petrus, zei: 9‘Er is hier wel een jongen met vijf gerstebroden en twee vissen – maar wat hebben we daaraan voor zoveel mensen?’ 10Jezus zei: ‘Laat iedereen gaan zitten.’ Er was daar veel gras, en ze gingen zitten; er waren ongeveer vijfduizend mensen. 11Jezus nam de broden, sprak het dankgebed uit en verdeelde het brood onder de mensen die er zaten. Hij gaf hun ook vis, zo veel als ze wilden. 12Toen iedereen volop gegeten had zei Hij tegen zijn leerlingen: ‘Verzamel nu de overgebleven stukken brood, zodat er niets verloren gaat.’ 13Dat deden ze en ze vulden twaalf manden met wat overgebleven was van de vijf gerstebroden die men had gegeten. 14Toen de mensen het teken zagen dat Hij verricht had, zeiden ze: ‘Hij moet wel de profeet zijn die in de wereld zou komen.’ 15Jezus begreep dat ze Hem wilden dwingen mee te gaan, om Hem dan tot koning uit te roepen. Daarom trok Hij zich terug op de berg, alleen.

16Bij het vallen van de avond daalden zijn leerlingen af naar het meer; 17ze stapten in een boot en zetten koers naar de overkant, naar Kafarnaüm. Het was al donker geworden, en Jezus was nog niet naar hen toe gekomen. 18Er stak een hevige wind op en het meer werd onstuimig. 19Toen ze vijfentwintig of dertig stadie geroeid hadden, zagen ze plotseling Jezus over het water lopen; Hij was dicht bij de boot en ze werden bang. 20Maar Hij zei: ‘Ik ben het, wees niet bang.’ 21Ze wilden Hem aan boord nemen, en meteen kwam de boot aan land op de plaats waar ze naartoe wilden.

22De volgende dag stond de menigte weer aan de oever van het meer. Ze hadden gezien dat er maar één boot was, en dat Jezus niet aan boord was gegaan maar dat zijn leerlingen alleen vertrokken waren. 23Nu legden er andere boten uit Tiberias aan, dicht bij de plek waar ze het brood gegeten hadden nadat de Heer het dankgebed had uitgesproken. 24Toen de mensen zagen dat Jezus en zijn leerlingen er niet waren, stapten ze in die boten en voeren ze naar Kafarnaüm om Hem te zoeken.

Johannes 6:1-24NBV21Open in de Bijbel

Na het wonder waarbij Jezus duizenden mensen te eten geeft van vijf broden en twee vissen, willen de mensen hem tot koning uitroepen. Maar Jezus trekt zich terug. Ook hier draait het weer om de vraag: Wie is Jezus? En dus ook: Wie is hij niet? Jezus heeft
net nog uitgelegd dat hij als Mensenzoon alle macht heeft. Maar hij wil niet met geweld regeren. Hij wil geen koning zijn op de manier die de mensen van hem verwachten. Dat de mensen hem een koning vinden, maakt wel duidelijk hoe erg ze onder de indruk zijn van zijn wondertekenen. Ook wanneer hij over het meer van Galilea loopt, laat Jezus zijn macht zien. Lopen over het wilde water is iets dat alleen God kan: Hij ‘wandelt op de hoog oprijzende zee’ (Job 9:8). Zo benadrukt Johannes steeds weer hoe Jezus de Zoon op God de Vader lijkt.

Waarom denkt u dat Jezus zich terugtrekt na dit wonder?

Opdracht

Kies één persoon uit het verhaal, bijvoorbeeld een leerling, iemand van de vijfduizend mensen, of de jongen met de broden en de vissen. Schrijf eventueel op wat u over deze persoon weet, of hoe u zich hem of haar voorstelt. Lees het verhaal nog een keer rustig door, en verplaats uzelf daarbij steeds in die persoon. Wat hoort, ziet, ruikt en voelt u?

Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschapv.4.25.2
Volg ons