Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap

1.2 Jakob liefkoost Benjamin

Bijbeltekst(en)

Jozefs broers in Egypte

1Toen Jakob hoorde dat er in Egypte graan was, zei hij tegen zijn zonen: ‘Waarom ondernemen jullie niets? 2Ik heb gehoord dat er in Egypte graan te krijgen is. Ga ernaartoe en koop daar graan voor ons, zodat we in leven blijven en niet van de honger omkomen.’ 3Hierop gingen tien van Jozefs broers op reis om bij de Egyptenaren graan te kopen. 4Jakob liet Benjamin, Jozefs volle broer, niet met de anderen meegaan, uit angst dat hem iets zou overkomen.

Genesis 42:1-4NBV21Open in de Bijbel

Prent
Op het eerste gezicht lijkt het tafereel idyllisch. Een wat oudere vader houdt zijn zoontje beschermend tussen zijn benen vast. De kleuter kijkt met open blik rond, blij met de vrucht in zijn hand. De priemende blik van de vader, waarmee hij de toeschouwer direct aankijkt, houdt echter het midden tussen angst en aanklacht. Alsof wij, de toeschouwers, van hem eisen dat hij zijn jongste zoon afstaat. De mededeling in Genesis 42:4 dat Jakob Benjamin in eerste instantie niet mee liet gaan naar Egypte, krijgt zo een heel menselijke uitbeelding en maakt de gevoelens van de vader heel invoelbaar.
Rembrandt wist waar hij het over had. Tussen 1636 en 1640 verloor hij alle drie kinderen die hij tot dan toe met zijn geliefde vrouw Saskia had gekregen. Saskia zelf was een nakomertje, net als Benjamin. Haar ouders hadden bij haar geboorte al de haast Bijbelse leeftijden van 47 en 58 bereikt en waren ten tijde van haar huwelijk al overleden. En net zoals Jakob lang moest wachten voordat hij uiteindelijk met Rachel, de moeder van Benjamin, kon trouwen, duurde het ook een tijdje voordat Rembrandt en Saskia samen konden zijn. Hoelang ze elkaar al kenden toen ze zich op 6 juni 1633 verloofden, weten we niet, maar het duurde nog tot 2 juli 1634 voordat ze hun bruiloft vierden. Tijdens de verlovingsperiode woonde Saskia in Friesland om voor een zieke zus te zorgen, terwijl Rembrandt in Amsterdam woonde. En zelfs na hun huwelijk moesten ze nog even wachten: pas in 1635 betrokken ze hun eerste gemeenschappelijke huurwoning.

Bijbel
Jakobs ergste nachtmerrie is uitgekomen: zijn lievelingszoon Jozef is dood. Zijn zonen vertellen hem dat Jozef is omgebracht door een roofdier. Jakob scheurt zijn kleren, doet rouwkleren aan en rouwt dagenlang om zijn zoon. Zoals we bij de vorige prent al lazen, was Jakob erg gesteld op Jozef. Het was namelijk een kind dat hij samen met Rachel had gekregen, de vrouw van wie hij écht hield. Dit in tegenstelling tot Lea, zijn andere vrouw. En nu is hij zijn geliefde zoon kwijt. Hij heeft nu alleen nog Benjamin, het andere kind dat hij met Rachel heeft gekregen.
Wat Jakob echter niet weet, is dat zijn andere zonen gelogen hebben: Jozef is helemaal niet dood. Zijn broers hebben hem als slaaf verkocht aan een aantal handelaars die op weg zijn naar Egypte. De handelaars brengen Jozef naar Egypte en verkopen hem aan Potifar, het hoofd van de bewaking van de farao. Jozef weet zich uiteindelijk op te werken tot de tweede man van Egypte: alleen de farao staat nog boven hem. Hij krijgt de leiding om het land voor te bereiden op een naderende hongersnood en laat al het beschikbare graan opslaan in speciale schuren. Niet alleen in Egypte was hongersnood, maar ook in andere landen. En uit alle landen kwamen de mensen naar Egypte om graan te kopen bij Jozef.
De hongersnood heeft ook het land bereikt waar Jakob en zijn gezin wonen. Als Jakob hoort dat er in Egypte graan te kopen valt, schakelt hij zijn zonen in. Half verwijtend vraagt hij hun waarom ze niets ondernemen en stuurt tien van zijn zonen op pad. Om de dramatiek nog wat op te voeren, verwoordt de schrijver het als volgt: ‘Jakob liet Benjamin, Jozefs volle broer, niet met de anderen meegaan, uit angst dat hem iets zou overkomen.’ De schrijver onderstreept hier nog maar eens dat het om een volle broer van Jozef gaat en dus om een zoon van Rachel, Jakobs geliefde vrouw. Dat het volgens het Bijbelverhaal inmiddels om een volwassen man gaat, doet voor Jakob (en Rembrandt) niet ter zake: Jakob kan de gedachte om nog een keer een zoon van zijn geliefde vrouw Rachel kwijt te raken niet aan en houdt hem thuis.

Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschapv.4.18.8
Volg ons