Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap

7 april - Jesaja 59:1-8

Bijbeltekst(en)

Jesaja 59

In de ban van het kwaad

1De arm van de HEER is niet te kort om te redden,

zijn gehoor niet te zwak om te luisteren –

2jullie wangedrag is het

dat jullie en je God van elkaar heeft gescheiden;

door jullie zonden houdt Hij zijn gelaat verborgen

en wil Hij je niet meer horen.

3Want jullie handen zijn besmeurd met bloed,

je vingers bezoedeld door wandaden,

je lippen spreken leugens,

je tong prevelt bedrog.

4Geen aanklacht is nog zuiver,

geen rechtszaak wordt eerlijk gevoerd.

Ze vertrouwen op leegte

en spreken bedrieglijke taal,

ze zijn zwanger van onrecht

en baren misdaad.

5Ze broeden slangeneieren uit,

ze weven spinnenwebben.

Wie hun eieren eet zal eraan sterven;

als er een wordt ingedrukt, komt er een adder uit.

6Hun spinnendraden zijn ongeschikt voor kleding,

wat zij maken kan niet worden aangetrokken.

Hun daden zijn heilloze daden,

hun handen staan naar geweld.

7Hun voeten snellen naar het kwaad,

ze haasten zich om onschuldig bloed te vergieten.

Hun plannen zijn heilloze plannen,

verwoesting en rampspoed vergezellen hen.

8De weg van de vrede kennen ze niet,

waar zij gaan is geen recht te ontdekken.

Ze begeven zich op kronkelpaden;

wie daarop wandelt kent geen vrede.

Jesaja 59:1-8NBV21Open in de Bijbel
Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschapv.4.26.9
Volg ons