Nog vóór je het vraagt

Bij heidense volken was het gebruikelijk de godheden tot wie gebeden werd aan te roepen met een veelvoud aan namen, in de hoop dat het hielp om de aandacht van de goden te trekken en toch vooral te verkrijgen wat er op het verlanglijstje stond. Jezus is er duidelijk over: ‘Niet doen!’ De reden voor Jezus’ heldere waarschuwing heeft alles te maken met het karakter van de Vader: ‘Hij weet wat jullie nodig hebben, nog vóór jullie het hem vragen.’

Nu kunnen deze woorden van Jezus opgevat worden als: ‘O, de Vader weet al wat ik nodig heb, dus waarom zou ik het hem dan nog vragen?’ Maar Jezus wil het bidden tot de Vader niet ontmoedigen. Hij wil juist vrede geven in onrustige vragen, zoals: ‘Twijfel je of de Vader wel naar je luistert? Zit je erover in of de Vader wel geneigd is om je te geven wat je nodig hebt? Maak je je druk of je wel voldoende uit je woorden kunt komen?’ Wanneer deze vragen spelen, wees gerust en weet dan: ‘De Vader kent je en is met je in het verborgene. Hij ziet je in het verborgene en weet wat je nodig hebt, meer nog dan je dat zelf weet. Dus weet je welkom in zijn huis, weet je welkom aan zijn hart, en vraag hem maar gewoon. Vader zorgt voor je.’

Wanneer wij steeds dieper geworteld raken in onze identiteit als geliefde kinderen van de hemelse Vader, zal er vrijmoedigheid komen in ons bidden. Dan zal de schroom van ons af vallen en durven wij de Vader alles te vragen wat wij maar nodig hebben, puttend uit de bron van al het goede.

Wat betekent het voor jouw gebedsleven dat je hemelse Vader weet wat je nodig hebt, nog vóórdat je het Hem vraagt?

Geschreven door Theo van den Heuvel