Grote zus Mirjam - Exodus 2:1-10
Bijbeltekst(en)
Exodus 2
De geboorte van Mozes; zijn vlucht naar Midjan
Het nageslacht van Abraham woont ondertussen al meer dan vier eeuwen in Egypte en is uitgegroeid tot een enorm volk. Inmiddels heeft de farao de Israëlieten tot slaaf gemaakt. Het is tijd dat het volk bevrijd wordt, helemaal nu de Hebreeuwse babyjongetjes allemaal gedood moesten worden. Gelukkig is er een plan. Daarbij spelen verschillende vrouwen een belangrijke rol. Eén net geboren babyjongetje wordt niet gedood, maar door zijn moeder in een mandje gelegd. Zijn grote zus Mirjam blijft op een afstandje staan kijken wat er gaat gebeuren. Het zou maar zo kunnen dat haar broertje toch nog wordt gedood of met mandje en al wegspoelt. Maar nee, de baby ligt precies op de goede plek: hij wordt gevonden door de dochter van de farao. In plaats van hem uit te leveren aan de soldaten van haar vader, kijkt ze vol medelijden naar hem. Mirjam legt het eerste contact tussen haar en de echte, biologische moeder. Wat een moed!
Het kleine, hulpeloze jongetje groeit later uit tot de grote leider die zijn volk uit de slavernij zal bevrijden. Nadat het volk door een wonder door de Rietzee is ontsnapt, zingt Mirjam samen met haar broer een lied om God te danken. En tijdens de tocht naar het beloofde land geeft zij samen met Mozes en hun broer Aaron leiding aan het volk (Micha 6:4).
Ontdek meer over Mirjam
Mirjam liet zich niet door angst verlammen. Op welke momenten heb jij moed nodig? Wat doe je dan?