Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap

16 februari - Jeremia 14:17-22

Bijbeltekst(en)

Jeremia 14

17Zeg tegen hen:

Laten mijn ogen vloeien van tranen,

nacht en dag.

Ogen, kom niet tot rust,

want mijn volk is deerlijk verwond,

niet te helen is zijn letsel.

18Als ik naar de akkers ga, zie ik ze liggen,

geveld door het zwaard.

Als ik de stad in ga, zie ik ze liggen,

uitgeteerd door de honger.

Zelfs profeten, zelfs priesters

komen terecht in een onbekend land.’

19‘Hebt U Juda verworpen,

hebt U van de Sion een afkeer gekregen?

Waarom hebt U ons zo hard geslagen

dat er geen genezing voor ons is?

Wij hoopten op vrede, maar vrede bleef uit,

wij verwachtten genezing, maar angst overviel ons.

20HEER, wij bekennen onze schuld,

en de schuld van onze voorouders:

wij hebben tegen U gezondigd.

21Maar verstoot ons toch niet,

doe het niet, omwille van uw naam.

Ontluister uw troon toch niet,

denk aan uw verbond met ons, verbreek het niet.

22Brengen die nietige goden van andere volken soms regen,

of schenkt de hemel buien uit zichzelf?

U, de HEER, onze God, doet dat toch?

Wij vestigen onze hoop op U,

want U hebt alles gemaakt.’

Jeremia 14:17-22NBV21Open in de Bijbel
Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschapv.4.25.2
Volg ons