Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap

8/12 - Schrik!

Geboorteaankondiging van Jezus

Bijbeltekst(en)

Lucas 1

Aankondiging van de geboorte van Jezus

26In de zesde maand zond God de engel Gabriël naar de stad Nazaret in Galilea, 27naar een meisje dat was uitgehuwelijkt aan een man die Jozef heette, een afstammeling van David. Ze heette Maria en ze was nog maagd. 28Gabriël ging haar huis binnen en zei: ‘Gegroet Maria, je bent begenadigd, de Heer is met je.’ 29Ze schrok hevig bij het horen van zijn woorden en vroeg zich af wat die begroeting te betekenen had. 30Maar de engel zei tegen haar: ‘Wees niet bang, Maria, God heeft je zijn gunst geschonken. 31Luister, je zult zwanger worden en een zoon baren, en je moet Hem Jezus noemen. 32Hij zal een groot man worden en Zoon van de Allerhoogste worden genoemd, en God, de Heer, zal Hem de troon van zijn vader David geven. 33Tot in eeuwigheid zal Hij koning zijn over het volk van Jakob, en aan zijn koningschap zal geen einde komen.’

34Maria vroeg aan de engel: ‘Hoe zal dat gebeuren? Ik heb immers nog geen gemeenschap met een man.’ 35De engel antwoordde: ‘De heilige Geest zal over je komen en de kracht van de Allerhoogste zal je als een schaduw overdekken. Daarom zal het kind dat geboren wordt, heilig worden genoemd en Zoon van God. 36Luister, ook je familielid Elisabet is zwanger van een zoon, ondanks haar hoge leeftijd. Ze is nu, ook al hield men haar voor onvruchtbaar, in de zesde maand van haar zwangerschap, 37want voor God is niets onmogelijk.’ 38Maria zei: ‘De Heer wil ik dienen: laat er met mij gebeuren wat u hebt gezegd.’ Daarna liet de engel haar weer alleen.

Lucas 1:26-38NBV21Open in de Bijbel

We keren vandaag weer terug naar het adventsverhaal van Lucas. Nadat hij eerst heeft verteld over Johannes, de voorbode van Jezus, komt nu de echte hoofdpersoon van het evangelie aan bod, Jezus. Met de engel Gabriël heeft de lezer al eerder kennisgemaakt. Zes maanden nadat hij de geboorte van Johannes heeft aangekondigd, komt hij bij Maria. In zijn boodschap voor Zacharias gebruikte Gabriël woorden van de profeet Maleachi: het kind van Zacharias en Elisabet zal als bode van God het volk klaarmaken voor de komst van de Heer (Lucas 1:17). Die woorden worden nu bevestigd: Johannes is de voorbode van de ’Zoon van de Allerhoogste’, die een half jaar na hem geboren zal worden.

Net als Zacharias schrikt Maria erg als Gabriël aan haar verschijnt. Toch blijft ze rustig en luistert goed naar wat de engel haar te zeggen heeft. Ze heeft wel vragen, maar anders dan Zacharias bestrijdt ze de engel niet, en neemt ze zijn boodschap meteen aan. Zo laat ze zien dat ze de bijzondere taak aankan die God voor haar in gedachten heeft.

Probeer je eens voor te stellen dat er een engel bij jou op bezoek komt. Wat zou er dan door je heengaan?

Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschapv.4.26.9
Volg ons