Portret: Marjolein van Iwaarden doet missionair werk met de Bijbel
‘Alles begint met je persoonlijke tijd met God’
Door Peter Siebe
‘Wie ik ben? Ik groeide op in een evangelisch gezin, heb zes jaar in Canada gewoond, studeer International Social Work en ik hou van Jezus.’ Marjolein van Iwaarden legt haar diepste drijfveer meteen op tafel. Met talloze mensen sprak ze over het goede nieuws uit de Bijbel. Hoe pakt zij dat aan, en hoe pakt dat uit?
Daar zat ze dan, op haar zeventiende, in Canada. Het gezin emigreerde vanwege het werk van haar vader. Van de ene op de andere dag miste Marjolein haar Nederlandse vrienden. De verhuizing viel haar zwaar en wat ze moest doen na de havo wist ze ook niet. Dus besloot ze om – in de voetsporen van haar moeder – een half jaar een ‘discipelschapstraining’ te doen bij Jeugd met een Opdracht (JmeO)
Ondergedompeld en erop uit
‘Bij JmeO werd ik eerst drie maanden elke week onderwezen over verschillende onderwerpen in de Bijbel zoals Het Vaderhart van God en Hoe deel ik mijn getuigenis. Je leert God en jezelf kennen,’ aldus Marjolein. ‘Je krijgt een persoonlijke relatie met God en leert ook meteen om dat te delen met anderen, op straat of individueel. Ik had het moeilijk en verloor m’n Nederlandse identiteit, maar doordat mijn relatie met God groeide, werd mijn identiteit in Hem sterker. Doordat we elke dag begonnen met Bijbellezen en gesprek met de Heer ontdekte ik het belang van Gods Woord.’
‘Het groepsleven en de gesprekken met de leiding en met mensen op straat deden me goed. Iedereen bleek op zoek naar liefde en naar een doel in het leven. Ook ervoer ik dat – als ik prioriteit geef aan aanwezig-zijn in de liefde van de Vader – de Heilige Geest het werk doet. Wij zijn alleen maar zijn boodschappers.’
‘Het moeilijkste van evangeliseren vind ik de eerste paar minuten. Je moet eerst over je angst heen. En je moet bedenken hoe je het gesprek begint. Bijvoorbeeld: “We zijn voor mensen aan het bidden, mogen we ook voor jou bidden?” Als je daar eenmaal overheen bent, is je angst weg. Die angst gaat in je hoofd samen met de leugen dat mensen niet willen praten. De duivel wil je graag laten geloven dat niemand zoekt naar de waarheid. Maar dat klopt niet. Je krijgt regelmatig mooie gesprekken. Vraag overigens niet: “Hebt u een moment tijd?” want dan zeggen mensen altijd ‘’nee”. Dat leerde ik ook meteen, haha.’
Boekje-zonder-woorden
In die drie maanden had Marjolein haar eerste ervaringen met evangeliseren. Ze werd begeleid door twee leiders en als hulpmiddel had ze een boekje-zonder-woorden. Marjolein diept een mini-boekje van ongeveer 5 bij 10 centimeter uit haar portemonnee. Van buiten goudkleurig, de vier binnenbladen zijn rood, wit, zwart en groen. Daarbij hoorde de openingsvraag: ‘Waar moet je aan denken als je de kleur goud ziet?’
Na drie maanden volgde de outreach, met een groep, op Cuba. Daar gingen ze in samenwerking met lokale kerken van deur tot deur of voerden in een park een toneelstuk op. Marjolein: ‘Daar komen altijd mensen naar kijken. We spelen bijvoorbeeld een mens die zoekend langs deuren loopt. Die staan symbool voor verslaving, relaties, depressiviteit en andere richtingen waarin je leven kan gaan. Die “deuren” stellen teleur. Maar dan komt Jezus erbij en verslaat die “deuren”. En dan kiest die zoekende mens voor Hem.”
Na het drama begeven we ons tussen de omstanders en pakken we het boekje-zonder-woorden erbij. De kleuren staan voor zonde (zwart), Gods liefde (goud), Jezus’ bloed (rood), ons gereinigde hart (wit), groeien in geloof (groen). Ik heb ervaren dat het waar is wat God zegt in Jeremia 31:33:
“Ik zal mijn wet in hun binnenste leggen en hem in hun hart schrijven.”
Jeremia 31:33
Wat mij raakt, vindt ook vaak weerklank in het hart van degene die ik ontmoet. Dat gaat in Nederland wel moeilijker dan op Cuba. Hier krijg je vaak negatieve reacties als je de Bijbel noemt. Ik laat dan merken dat God geen boze God is of Iemand ver weg, maar jouw Schepper die je gemaakt heeft, die dichtbij is en van je houdt. Wat Hij wil, sluit aan bij onze diepste menselijke verlangens. Zo probeer ik “zout” te zijn, zoals Jezus zegt.’
Marjoleins drive voor Jezus groeide geleidelijk, met soms een indringende ervaring. ‘Zoals toen ik in Canada die Bijbeltekst las over je huis op de rots bouwen. Dat sloeg in, en die storm waar Jezus van sprak kwam al snel in mijn leven. Zo ontdekte ik dat Gods Woord me houvast geeft. Nog steeds bepaalt God me bij Bijbelverzen die me raken – bijvoorbeeld via posts op Instagram, een podcast of een liedje.’
Outreach in Nederland
Ook in Nederland doet Marjolein mee met outreach. Laatst nog met Zij Lacht
Ontmoedigende ervaringen kent Marjolein ook. ‘Soms staat niemand open voor een gesprek en voel je je ontmoedigd. Dan helpt het dat je dit werk in tweetallen doet. Het is lastig dat je hier veel moeilijker over je geloof in gesprek raakt dan in Amerika. Nederlanders zijn wat nuchter, terwijl geloven iets is van ons hart en onze geest. Ik ervaar soms weerstand bij mensen – vanwege pijn. Dan probeer ik zonder woorden te laten merken dat God liefde is. Ik stel me dienstbaar op: Ik luister extra goed, ik haal een drankje voor de ander of ik geef een compliment.’
Wel en niet doen
‘Wil je zelf ook het goede nieuws van de Bijbel delen, bijvoorbeeld met de missionaire uitgaven van het NBG
Wat je niet moet doen is in discussie gaan. ‘Nederlanders zijn goed in argumenteren. Een veel gehoord bezwaar is: “Er is zoveel ellende, daarom kan ik niet geloven dat er een God is”. Wat ik dan zeg is: “Dat klopt, en Gods hart breekt ook als Hij dat ziet. Veel van de ellende doen mensen elkaar aan uit egoïsme. In de Bijbel ontdek je hoe je niet-zelfzuchtig kunt leven.” Zo probeer ik uit de discussie te blijven en bij de liefde uit te komen.’
Marjolein kent handige hulpmiddelen om in gesprek te raken. Zoals kaartjes met vragen als: ‘Wat is waarheid voor jou?’ of ‘Was Jezus een revolutionair, een geestelijke leider of God zelf?’ En vergeet niet, zegt Marjolein, dat het niet aan jou is of iemand tot geloof komt. ‘Ik bid dat God mensen een persoonlijke ervaring met Hem geeft – bijvoorbeeld in een droom, een liedje, of een gebeurtenis.’
Interview en tekst: Peter Siebe