Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap
30 juli 2020

‘Er voor mensen zijn in diep verdriet’

Door Marco van der Straten

Dood en verdriet houden we het liefst op afstand. Maar wat als je er toch mee te maken krijgt? Of als je naast iemand wil staan die met verdriet worstelt? Lees het verhaal van uitvaartbegeleider Marco van der Straten over omgaan met rouw in de Bijbel en hier en nu.

Het was voor zangeres Kinga Bán zo dubbel: aan de ene kant verlangde ze ernaar om ‘bij Jezus te zijn’ en verlost te worden van haar ziekte. Aan de andere kant had ze drie kleine kinderen, ‘dus ik hoor helemaal niet dood te gaan’. In 2018 sprak ik Kinga voor mijn boek ‘Als ik in de hemel kom’. De interviews met haar en anderen die ik sprak, zetten me verder aan het denken. Wat gebeurt er als we sterven? En hoe gaan we om met verdriet en rouw?

Afstandelijk

Vanuit mijn eigen jeugd herinner ik me dat de dood op afstand gehouden werd. Toen mijn opa in de jaren tachtig overleed, vond ik de gang van zaken als tiener erg afstandelijk. Ik merkte ook dat er weinig over gesproken werd over waar opa nu precies was. Verder dan ‘opa is in de hemel’ kwam het eigenlijk niet. Tegenwoordig merk ik meer openheid om te spreken over wat we verwachten na de dood. Of over vragen die we hebben. Het is ook erg ongrijpbaar. Zodra je er iets van denkt te begrijpen, lijkt het zomaar door je vingers te glippen. Ds. Paul Visser vertelde me bijvoorbeeld dat als je sterft het is alsof je met je ogen knippert. Je slaat je ogen meteen weer op in de aanwezigheid van God. Hij zei er ook meteen bij dat hij het ook niet begreep als hij het vervolgens concreter wilde maken. We kunnen als mens niet bevatten hoe we precies passen in het eeuwige plan van God.

Rouw

Het onderwerp fascineerde me en ik ben meer gaan lezen over rouw, bijvoorbeeld wat de Vlaamse rouwdeskundige Manu Keirse erover schrijft. Van hem leerde ik te onderbouwen wat ik eigenlijk altijd al vond: rouwverwerking bestaat niet. We kunnen wel leren om uiteindelijk door te leven met verdriet, met het verlies van een geliefde. Als mens gaan we door verschillende rouwfasen heen en dat is best hard werken. Rouw is vermoeiend en er is ook geen tijdpad aan te hangen, dat is voor iedereen verschillend.

Treurenden troosten

Begin 2020 ben ik gestart als uitvaartbegeleider. In de tijd dat ik erover nadacht om dit te gaan doen, bad iemand uit onze kerk voor me. Ik had niets verteld over het plan waar ik mee rondliep. Ik vroeg om gebed om wijsheid. Ze vertelde in het gebed dat ze sterk moest denken aan een Bijbeltekst uit Jesaja 61, die spreekt over het troosten van treurenden. Het raakte me enorm. Dit was voor mij de bevestiging waar ik naar op zoek was. Treurenden troosten: dat wilde ik doen. In dagen dat mensen te maken krijgen met intens verdriet wil ik er voor ze zijn. Ik wil ze helpen om een uitvaart vorm te geven zoals dat bij hen en de overledene past. Niet door keuze te geven uit een paar standaardopties, maar door echt met een leeg vel te beginnen. Door samen een eigen vorm te bedenken, zodat de uitvaart echt klopt met wat de nabestaanden belangrijk vinden en die ruimte geeft aan hun herinneringen en verdriet.

Verdriet in de Bijbel

Het mooie is dat in de Bijbel ook ruimte is voor verdriet. Er is zelfs een heel boek over geschreven. In Klaagliederen schreeuwt de dichter het uit naar God, nadat hij heeft gezien dat kinderen, mannen en vrouwen zijn vermoord en zijn stad en tempel zijn verwoest. De dichter merkt uiteindelijk dat er bij God plaats is voor zijn wanhoop en verdriet. In Klaagliederen 3 vers 57 zegt hij: ‘Altijd als ik roep, bent u nabij; u zegt mij: “Wees niet bang.”’
We staan in deze weken stil bij de oproep van Jezus om mensen in nood te helpen, om ons barmhartig op te stellen. Zodra we dit voor mensen doen, doen we het eigenlijk voor Jezus zelf, zei Hij. Jezus noemt in Matteüs 25 zes ‘werken’ die je voor elkaar kunt doen. In het jaar 1207 voegde Paus Innocentius er een zevende werk aan toe: de doden begraven. Hij ontleende dit aan het apocriefe Bijbelboek Tobit, waar de zorg voor overledenen wordt benadrukt. Ook in de evangeliën wordt hierover gesproken. Mij valt op hoe vrouwen zich naar het graf van Jezus haastten, op de ochtend na zijn begrafenis. Ze hadden specerijen gemaakt om zijn lichaam te verzorgen.
Ik vind het bijzonder dat op zoveel plekken in de Bijbel te zien is hoe er ruimte is voor verdriet, voor troost en voor de zorg voor mensen die zijn gestorven. Het geeft een extra dimensie aan mijn werk.

Intens beleven

Ook in een tijd waarin het voor nabestaanden extra moeilijk is om vorm te geven aan het afscheid, bijvoorbeeld vanwege beperkende maatregelen door corona, blijft het mogelijk om vormen te bedenken waardoor mensen toch verdriet met elkaar kunnen delen. Samen rouwen om wat er niet meer is. En samen zoeken naar troost en hoop. Omdat juist als iemand is gestorven, mensen het leven intens met elkaar beleven. Alles wat er niet zo toe doet valt weg. Het geeft ruimte aan gesprekken over de kern van het leven, over geloof en hoop. Over wat mensen écht belangrijk vinden. Het is bijzonder om zo dicht bij mensen te mogen komen, in een intense periode uit hun leven. Of we nu wel of niet met corona te maken hebben: ik merk steeds weer dat je in je hart nooit 1,5 meter afstand hoeft te houden.

Marco van der Straten
Hoofdredacteur EO-Visie en uitvaartbegeleider ‘Van der Straten Uitvaartbegeleiding

Deze blog komt uit de campagne ‘Wat deel jij?’. Bekijk voor meer informatie de website: www.watdeeljij.nl.

Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschapv.4.18.8
Volg ons