Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap
17 oktober 2022Jan Wolsheimer

De klimaatcrisis door de lens van de opstanding

Ik groeide op in het orthodoxe milieu van de Gereformeerde Gemeenten. Daar werd vooral benadrukt dat iedere individuele mens moest worden ‘wedergeboren’. Geen sinecure, maar áls het je al lukte om die ‘status’ te bereiken, hoefde je verder eigenlijk niks meer. Pas toen ik een boek van de Amerikaanse christelijke activist Shane Claiborne had gelezen werd geloven voor mij echt spannend én ging ik de Bijbel anders lezen.

In mijn jeugd was het leven ná je ‘wedergeboorte’ eigenlijk een wachttijd tot aan je dood. Daarna zou je, hopelijk, deel krijgen aan het eeuwige leven. Jezus’ opstanding leek in die context een happy end na zijn kruisiging en de garantie voor het eeuwige leven dat je na je dood kreeg. Voor mij maakte dit geloven wat saai. Het had niet echt impact op mijn leven van nu of op mijn omgeving.

Leven vóór de dood

Later kwam ik in aanraking met Shane Claiborne. In zijn boek The Irresistible Revolution schrijft hij: ‘Wij hebben de mensen geen nieuwe manier van leven laten zien. Christenen leven grotendeels als iedereen, ze gieten er alleen een beetje “Jezus” overheen. Maar dogma’s zijn niet aantrekkelijk, al zijn ze nog zo waar. Weinig mensen zijn geïnteresseerd in een religie die de wereld niets te bieden heeft dan een leven na de dood. Mensen vragen zich juist af of er leven voor de dood is.’ Deze manier van denken maakte dat ik heel anders ging kijken naar mijn geloof. Ook ging ik de Bijbel heel anders lezen.

Kolossenzen 1:15-20 geeft een prachtig voorbeeld van het nieuwe perspectief dat ik kreeg. Jezus is de oorsprong van alles, staat hier. Hij is betrokken bij elke vezel van het heelal, wordt als eerste opnieuw geboren en baant daarmee de weg voor een nieuw begin voor de hele schepping. Dat raakt de hele werkelijkheid.

Vingerverf

In Romeinen 8:19-21 ontdekte ik dat Jezus’ opstanding doorwerkt in Gods kinderen en naar de hele schepping. Dat is een dynamisch proces en dat vraagt van Gods kinderen – van ons dus – om een heel andere houding dan één van ‘afwachten tot de nieuwe aarde komt’. Jezus’ opstanding is dan geen happy end na zijn kruisiging, maar de raketlancering van een heel nieuw begin. In het licht van deze passage betekent wedergeboorte dat je een nieuwe schepping BENT. Je mag al je liefde en creativiteit inzetten om in je eigen omgeving je handen uit de mouwen te steken en zo verder te bouwen aan wat Jezus begon. Ik zie daarbij het beeld voor me van kinderen met grote, van plezier glinsterende ogen die tot hun oksels in de vingerverf zitten. Daar word ik ontzettend blij van.

Maar klopt dit eigenlijk wel? Want hoe zit het dan met die nieuwe aarde? In sommige geloofsgemeenschappen leeft de gedachte dat de aarde zal vergaan en dat de nieuwe aarde onze huidige wereld vervangt. In 2 Petrus 3:12-13 bijvoorbeeld staat immers duidelijk dat de ‘hemelsferen in vlammen opgaan’. Wat heeft het dan voor zin om ons bezig te houden met een concreet herstel van de aarde? Je zou zelfs kunnen denken: laat maar komen, dan zijn we eerder bij een nieuw begin.

Gelouterde aarde

Ook daar ben ik heel anders naar gaan kijken. De Bijbel staat namelijk ook vol beloften dat God de aarde trouw zal blijven en dat de aarde, ondanks alles, eeuwig zal bestaan. Bovendien: in het Grieks staat in deze Bijbeltekst helemaal geen ‘nieuw’ in de zin van ‘iets geheel nieuws’, maar ‘nieuw’ in de zin van ‘gelouterd, hersteld’. Dat past ook veel beter bij het verhaal dat we door de hele Bijbel lezen. Vanaf het allereerste begin is het duidelijk: God zag dat het goed was en de mens krijgt de rol van bewerker en beschermer van die goede schepping. Ook na de zondeval belooft God het herstel van zijn goede schepping. Door alles heen – het volk Israël, de komst van Jezus, het begin van de kerk – blijft dat verhaal overeind. De schepping is goed geschapen en God schakelt de mens in om die goede schepping te bewerken en bewaren. Ook nu nog. Jezus bereidde met zijn dood en opstanding de weg, en wij mogen Hem daarin volgen.

We mogen daar met hart, hoofd en handen voor gaan. En onze inspanningen zijn geen metafoor of principekwestie. God vraagt werkelijk van ons om de aarde te bewerken en erover te waken. We mogen bouwen aan Gods Koninkrijk in heel concrete dingen. De buurtmoestuin waar we van uitdelen, maakt deel uit van Gods Koninkrijk. Het bos dat we onderhouden, heeft een plek op de nieuwe aarde. Dit mogen we doen in de hoop dat God belooft de aarde nieuw te maken.

Ik weet niet wat dit met jou doet – maar mij maakt het ontzettend enthousiast!

Jan Wolsheimer is directeur van Missie Nederland.
Deze blog is gebaseerd op een lezing tijdens een webinar van de Groene Kerken.

Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschapv.4.18.8
Volg ons