Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap

5/7 - Salomonsoordeel

Bijbeltekst(en)

1 Koningen 3

16Kort daarna vroegen twee hoeren bij de koning gehoor. 17De eerste vrouw vertelde: ‘Staat u mij toe, heer, deze vrouw en ik wonen in hetzelfde huis. In dat huis heb ik in haar bijzijn een zoon ter wereld gebracht. 18Drie dagen later kreeg ook zij een zoon. Wij waren daar samen; er was niemand anders in huis, alleen wij tweeën. 19Maar haar kind is ’s nachts doodgegaan, want zij was erop gaan liggen. 20Toen is ze midden in de nacht opgestaan en heeft ze mijn kind bij me weggenomen, terwijl ik sliep. Ze nam mijn kind in haar armen en legde mij haar dode kind in de armen. 21Toen ik de volgende ochtend mijn kind wilde voeden, merkte ik dat het dood was. Maar toen ik het nog eens goed bekeek, zag ik dat het niet het kind was dat ik gebaard had.’ 22‘Dat is niet waar!’ zei de andere vrouw. ‘Het levende kind is van mij en het dode van jou.’ ‘Niet waar!’ zei de eerste. ‘Het dode is van jou en het levende van mij.’ Zo bepleitten ze ieder hun zaak bij de koning. 23De koning nam het woord en zei: ‘De een zegt: “Mijn kind leeft en het jouwe is dood,” en de ander zegt: “Nee! Het dode kind is van jou en het levende van mij.”’ 24En hij beval: ‘Breng mij een zwaard.’ Er werd hem een zwaard gebracht, 25en toen zei hij: ‘Hak het levende kind in tweeën en geef hun ieder de helft.’ 26De echte moeder van het levende kind kon de gedachte dat haar kind iets zou overkomen niet verdragen en riep uit: ‘Nee, heer, ik smeek u, geef het kind aan haar, maar dood het alstublieft niet!’ De ander zei: ‘Als ik het niet krijg, krijg jij het ook niet. Hak het maar doormidden!’ 27Maar de koning deed de volgende uitspraak: ‘Het zal niet gedood worden. Geef het levende kind aan háár, want zij is de moeder.’

28Toen de Israëlieten hoorden welk vonnis de koning had geveld, kregen ze groot ontzag voor hem, want ze begrepen dat hij het recht handhaafde met goddelijke wijsheid.

1 Koningen 3:16-28NBV21Open in de Bijbel

Toen Salomo koning werd, vroeg hij God om wijsheid (1 Koningen 3:9) om Gods volk goed te kunnen leiden. Hij wilde graag leren goed te luisteren, en om het verschil tussen goed en kwaad te zien. Goed kunnen luisteren is een vereiste voor wijsheid. In die tijd sprak de koning recht: wanneer mensen een geschil of ruzie hadden, gingen zij naar de koning. De koning velde een oordeel. Zo kwamen ook twee vrouwen Salomo om een oordeel vragen. Door een beroep te doen op de liefde van de echte moeder kon Salomo ontdekken wie de waarheid sprak. Eeuwen voordat Paulus in zijn brief aan de Korintiërs zijn beroemde lofzang op de liefde schreef (1 Korintiërs 13), wist Salomo al dat echte liefde niet zelfzuchtig is. Wat een wijsheid!

In het Paleis op de Dam in Amsterdam is het salomonsoordeel in beeldhouwwerken vastgelegd. Bekijk deze eens aandachtig – in Amsterdam of via een plaatje op internet. Sta eens stil bij de tijd, energie en kosten die de maker erin heeft gestoken. Wat valt je op? Wat spreekt je erin aan? Hoe zou jij het oordeel afbeelden?

Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschapv.4.26.7
Volg ons