Sterk gemaakt door God
Bijbeltekst(en)
Jeremia 1
Jeremia geroepen
‘(…) want Ik zal je terzijde staan (…).’ Jeremia 1:19b
Wat God tot nu toe tegen Jeremia heeft gezegd, heeft diens hele leven op zijn kop gezet. Van een rustig leven in een dorp bij Jeruzalem zal nooit sprake zijn. Overal zal hij tegenstand ondervinden. Volgens Jeremia 12:6 zelfs van zijn naaste familie. Een mens die de waarheid spreekt, roept verzet op. Jeremia spreekt tot het geweten van mensen die heel goed weten dat ze verkeerd bezig zijn.
Je kunt je voorstellen dat Jeremia regelmatig heeft gedacht: had U niet iemand anders kunnen uitkiezen, God? In zijn boek vind je dan ook veel strijd in de vorm van berichten over vervolging van de profeet, maar ook in de vorm van gebeden waarin hij het uitschreeuwt naar God. In een van die gedeelten herhaalt God de woorden uit vers 19, namelijk dat Hij Jeremia zal beschermen en bij hem zal zijn (Jeremia 15:20). In Jeremia 1 zijn dat de laatste woorden aan de jonge profeet, een herhaling van vers 8. De ontmoeting tussen God en Jeremia is daarmee voorbij. Dit hoofdstuk vat in feite het gehele boek alvast samen: de inhoud van Jeremia’s boodschap, het verzet dat deze oproept, het komende oordeel voor Gods volk, Gods bescherming van de profeet.
Eeuwen later vertelde Jezus over een landheer die een wijngaard bezat (Matteüs 21:33-39). Zijn hoorders wisten dat Hij met de wijngaard het volk Israël bedoelde, waarvan God zoveel had verwacht (zie ook Jesaja 5:1-7). De landheer stuurde zijn dienaren om de opbrengst te gaan halen, maar zij werden mishandeld of gedood. Deze dienaren zijn de profeten van het Oude Testament (Jeremia 7:25), onder wie Jeremia. Met de Zoon van de wijngaardenier zou het niet beter aflopen. Toch loopt zijn weg niet dood, want God wekt Hem op, er begint een nieuwe toekomst.
In onze tijd op aarde kunnen wij ook verzet oproepen als we Jezus’ woorden spreken vanuit onze ontmoeting met Hem. Maar steeds weer mogen wij elkaar voorhouden: Hij blijft als de Immanuel, God-met-ons, bij ons, ‘alle dagen, tot aan de voltooiing van deze wereld’ (Matteüs 28:20).
Heb jij weleens ervaren dat je geloof verzet oproept? Hoe reageer je in zo’n geval?