Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap

25 maart – Dag 32 | Gods wereld

Bijbeltekst(en)

Marcus 12

Confrontatie met farizeeën, herodianen en sadduceeën

13Ze stuurden enkele farizeeën en herodianen naar Hem toe om Hem een ongeoorloofde uitspraak te ontlokken. 14Toen ze bij Hem gekomen waren, zeiden ze tegen Hem: ‘Meester, we weten dat U oprecht bent en dat U zich niets aantrekt van het oordeel van anderen. U ziet niemand naar de ogen, maar geeft in alle oprechtheid onderricht over de weg van God. Is het toegestaan belasting te betalen aan de keizer of niet? Moeten we betalen of niet?’ 15Maar omdat Hij hun huichelarij doorzag, antwoordde Hij: ‘Waarom stelt u Me op de proef? Laat Me eens een denarie zien.’ 16Ze gaven Hem een munt en Hij vroeg hun: ‘Van wie is dit een afbeelding en van wie is het opschrift?’ ‘Van de keizer,’ antwoordden ze. 17Toen zei Jezus tegen hen: ‘Geef wat van de keizer is aan de keizer, en geef aan God wat God toebehoort.’ En ze waren met stomheid geslagen.

18Ook kwamen er enkele sadduceeën naar Hem toe – sadduceeën beweren dat er geen opstanding uit de dood is – en ze vroegen Hem: 19‘Meester, Mozes heeft ons het volgende voorgeschreven: “Als iemand sterft en een vrouw achterlaat, maar geen kinderen, moet zijn broer die vrouw bij zich nemen en nakomelingen verwekken voor zijn broer.” 20Er waren eens zeven broers. De eerste nam een vrouw en stierf zonder nakomelingen; 21de tweede nam haar tot vrouw, maar stierf ook zonder nakomelingen; en met de derde ging het net zo. 22Geen van de zeven kreeg nakomelingen. Het laatst van allen stierf de vrouw. 23Wiens vrouw zal ze dan zijn bij de opstanding, wanneer ze opstaan uit de dood? Alle zeven zijn ze immers met haar getrouwd geweest.’ 24Jezus antwoordde: ‘Dwaalt u niet? U kent de Schriften niet en de macht van God evenmin. 25Want wanneer de mensen uit de dood opstaan, trouwen ze niet en worden ze niet uitgehuwelijkt, maar zijn ze als engelen in de hemel. 26Wat betreft de opwekking van de doden, hebt u in het boek van Mozes in het gedeelte over de doornstruik niet gelezen dat God tegen hem zei: “Ik ben de God van Abraham, de God van Isaak en de God van Jakob”? 27Hij is geen God van doden, maar van levenden; u dwaalt vreselijk!’

28Een van de schriftgeleerden die naar hen geluisterd had terwijl ze discussieerden, en gemerkt had dat Hij hun correct had geantwoord, kwam dichterbij en vroeg: ‘Wat is van alle geboden het belangrijkste gebod?’ 29Jezus antwoordde: ‘Het voornaamste is: “Luister, Israël! De Heer, onze God, is de enige Heer; 30heb de Heer, uw God, lief met heel uw hart en met heel uw ziel en met heel uw verstand en met heel uw kracht.” 31En daarna komt dit: “Heb uw naaste lief als uzelf.” Er zijn geen geboden belangrijker dan deze.’ 32De schriftgeleerde zei tegen Hem: ‘Inderdaad, meester, wat U zegt is waar: Hij alleen is God en er is geen andere god dan Hij, 33en Hem liefhebben met heel ons hart en met heel ons inzicht en met heel onze kracht, en onze naaste liefhebben als onszelf betekent veel meer dan alle brandoffers en andere offers.’ 34Jezus vond dat hij verstandig had geantwoord en zei tegen hem: ‘U bent niet ver van het koninkrijk van God.’ En niemand durfde Hem nog een vraag te stellen.

Marcus 12:13-34NBV21Open in de Bijbel

Jezus praat met verschillende groepen Joden, zoals de farizeeën en de sadduceeën. Allemaal hebben ze hun eigen hun eigen opvattingen over het geloof, hun eigen interpretaties van de Joodse wet en hun eigen ideeën over hoe godsdienst en politiek zich tot elkaar verhouden.

Belangrijker dan de verschillen tussen deze groepen, is wat Jezus met zijn antwoorden laat zien van Gods nieuwe wereld. Geef aan de machthebbers van deze wereld wat van hen is, en geef aan God wat van God is. Geloof in God als een God van levende mensen, ook na de dood. En weet dat dit het allerbelangrijkste is: van God houden én van de mensen om je heen evenveel houden als van jezelf. Na deze antwoorden van Jezus, zwijgen zijn tegenstanders.

Welke van deze drie antwoorden van Jezus brengt voor jou Gods nieuwe wereld het meest dichtbij?

Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschapv.4.25.2
Volg ons