Aswoensdag – Door de woestijn
Bijbeltekst(en)
Marcus 1
Vandaag beginnen we te lezen in het evangelie van Marcus. Marcus begint zijn verhaal over Jezus in de woestijn. Waarom juist daar, op zo’n plek van dood en gemis? Het antwoord vind je in drie momenten uit de geschiedenis van Israël.
Allereerst het gevecht in de woestijn tussen Jezus en de duivel. Dat gevecht duurt veertig dagen. Dat doet denken aan de veertig jaar dat het volk door de woestijn moest trekken. Veertig jaar waarin een groep gevluchte slaven uiteindelijk Gods eigen volk wordt.
Dan de woestijn waarin Johannes preekt en mensen doopt in de Jordaan. Diezelfde rivier moest het volk Israël oversteken om het land Kanaän binnen te gaan. En ten slotte het citaat uit Jesaja. Hiermee begint weer een nieuw hoofdstuk in de geschiedenis van Israël. Na jaren van ballingscha komt God zelf naar hen toe, door de woestijn.
Drie keer woestijn, drie keer een nieuw begin. Drie keer een moment waarop mensen ervaren: God wil ons helpen, Hij is er voor ons. Voor Marcus is de woestijn het beste beeld voor de nieuwe wereld die met Jezus is begonnen.