13/14 - Een geurig en aangenaam offer
Bijbeltekst(en)
Filippenzen 4
Dankbetuiging
Paulus lijkt zichzelf hier tegen te spreken. De Filippenzen hebben geld en misschien ook spullen naar hem gestuurd, en daar is hij ontzettend blij mee. Maar tegelijkertijd benadrukt hij dat hij eigenlijk niets nodig had. En hij heeft net nog gezegd dat je in alle omstandigheden vreugde en vrede kunt ervaren. Daar lijkt blijdschap over zoiets aards als geld niet bij te passen. Zijn vreugde heeft dan ook met iets anders te maken. Het geschenk bewijst dat de Filippenzen Paulus niet vergeten zijn, en dat ze hem nog steeds als hun leraar zien. En het bewijst dat ze zijn lessen in praktijk brengen: ze zijn bereid zelf iets op te geven om anderen te helpen. Daarom vergelijkt Paulus hun geschenk zelfs met een offer voor God – een enorm compliment. De Filippenzen hebben zijn financiële tekorten aangevuld, maar daardoor is hun hemelse rijkdom juist groter geworden.
Ken je de uitdrukkingen ‘Gedeelde smart is halve smart’ en ‘Gedeelde vreugde is dubbele vreugde’? Hoe passen die bij wat Paulus hier schrijft?