Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap

3 november - Handelingen 20:25-38

Bijbeltekst(en)

Handelingen 20

25Ik weet dat niemand van u, aan wie ik op mijn reizen het koninkrijk heb verkondigd, mij terug zal zien. 26Daarom verklaar ik hier op deze dag dat ik voor niemands ondergang verantwoordelijk ben; 27ik heb er immers alles aan gedaan om u Gods bedoeling bekend te maken. 28Zorg voor uzelf en voor de hele kudde waarover de heilige Geest u als leiders heeft aangesteld; hoed Gods gemeente, die Hij verworven heeft door het bloed van zijn eigen Zoon. 29Ik weet dat er na mijn vertrek woeste wolven bij u zullen binnendringen, die de kudde niet zullen ontzien. 30Uit uw eigen kring zullen mensen voortkomen die de waarheid verdraaien om de leerlingen voor zich te winnen. 31Wees daarom waakzaam en vergeet niet hoe ik ieder van u drie jaar lang dag en nacht onder tranen steeds weer raad heb gegeven.

32Nu vertrouw ik u toe aan God en aan het woord van zijn genade, dat onze gemeenschap kan opbouwen en dat ons deel zal geven aan zijn koninkrijk samen met allen die Hem toebehoren. 33Geld of kleding heb ik van niemand verlangd; 34u weet wel dat ik eigenhandig heb voorzien in mijn levensonderhoud en dat van mijn metgezellen. 35In alles heb ik u getoond dat u de zwakken zo, door hard te werken, moet steunen, indachtig de woorden van de Heer Jezus, die immers gezegd heeft: “Geven maakt gelukkiger dan ontvangen.”’

36Toen hij uitgesproken was, knielde hij samen met de aanwezigen neer om te bidden. 37Niemand kon zijn tranen bedwingen. Allen vielen ze Paulus om de hals en kusten hem. 38Ze waren vooral zo ontdaan omdat hij gezegd had dat ze hem niet terug zouden zien. Toen deden ze hem uitgeleide naar het schip.

Handelingen 20:25-38NBV21Open in de Bijbel
Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschapv.4.26.9
Volg ons