Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap

15 oktober - Lucas 17:20-37

Bijbeltekst(en)

Lucas 17

De komst van de Mensenzoon

20Toen de farizeeën Jezus vroegen wanneer het koninkrijk van God zou komen, antwoordde Hij hun: ‘De komst van het koninkrijk van God laat zich niet aanwijzen, 21en men kan niet zeggen: “Kijk, hier is het!” of: “Daar is het!” Maar weet wel: het koninkrijk van God ligt binnen uw bereik.’

22Tegen de leerlingen zei Hij: ‘Er komt een tijd dat jullie ernaar zullen verlangen een van de dagen van de Mensenzoon te zien, maar jullie zullen die dag niet meemaken. 23Dan zullen de mensen tegen jullie zeggen: “Kijk daar!” of: “Kijk hier!” Maar doe dat niet en schenk er geen aandacht aan. 24Want zoals de bliksem licht geeft wanneer hij van de ene naar de andere kant van de hemel flitst, zo zal de Mensenzoon verschijnen. 25Maar eerst moet Hij veel lijden en door deze generatie verworpen worden. 26En zoals het eraan toeging in de dagen van Noach, zo zal het ook zijn in de dagen van de Mensenzoon: 27ze aten, ze dronken, ze trouwden, ze werden uitgehuwelijkt, tot aan de dag waarop Noach de ark binnenging en de vloed kwam die iedereen verzwolg. 28Of zoals het eraan toeging in de dagen van Lot: ze aten, ze dronken, ze kochten, ze verkochten, ze plantten, ze bouwden; 29maar op de dag waarop Lot wegtrok uit Sodom, regende het vuur en zwavel uit de hemel en kwamen allen om. 30Zo zal het ook gaan op de dag waarop de Mensenzoon wordt geopenbaard. 31Wie op die dag op het dak van zijn huis is moet niet beneden nog zijn bezittingen gaan halen, en wie op het land is moet niet naar huis terugkeren. 32Denk aan de vrouw van Lot! 33Wie probeert zijn leven veilig te stellen zal het verliezen, maar wie het verliest zal het behouden. 34Ik zeg jullie, die nacht zullen er twee in één bed liggen: de een zal worden meegenomen, de ander achtergelaten. 35Twee vrouwen zullen samen aan het malen zijn: de een zal worden meegenomen, de ander achtergelaten.’ 37Ze vroegen Hem: ‘Waar, Heer?’ Hij antwoordde: ‘Waar een lijk is, daar verzamelen zich de gieren.’

Lucas 17:20-37NBV21Open in de Bijbel

De Joodse tijdgenoten van Jezus weten niet altijd hoe bijzonder hij is. Zij hadden andere verwachtingen van hoe de Messias zou zijn: iemand die een einde zou maken aan de Romeinse overheersing, niet iemand die zou lijden en sterven aan een kruis. Hier maakt Jezus echter duidelijk dat het bij zijn terugkomst voor iedereen zichtbaar zal zijn dat hij de Mensenzoon is. Hij gebruikt heftige woorden als hij spreekt over zijn komst. Hij vergelijkt de tijd van zijn terugkomst met die van Noach en van Lot. Niemand rekende er toen op dat er ineens een ramp zou gebeuren.
Hoe stel je je Jezus’ terugkomst voor?

Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschapv.4.26.9
Volg ons