Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap

De arbeiders in de wijngaard – 14 juni

Bijbeltekst(en)

1Het is met het koninkrijk van de hemel als met een landheer die er bij het ochtendgloren op uit trok om dagloners voor zijn wijngaard te zoeken. 2Nadat hij met de arbeiders een dagloon van één denarie overeengekomen was, stuurde hij hen naar zijn wijngaard. 3Drie uur later trok hij er opnieuw op uit, en toen hij anderen werkloos op het marktplein zag staan, 4zei hij ook tegen hen: “Gaan jullie ook maar naar mijn wijngaard, de betaling zal rechtvaardig zijn.” 5En ze gingen erheen. Rond het middaguur ging hij er nogmaals op uit, en drie uur later weer, en handelde als tevoren. 6Toen hij tegen het einde van de dag nog eens op weg ging, trof hij een groepje dat er nog steeds stond. Hij vroeg hun: “Waarom staan jullie hier de hele dag zonder werk?” 7“Niemand heeft ons ingehuurd,” antwoordden ze. Hij zei hun: “Gaan jullie ook maar naar de wijngaard.” 8Toen de avond gevallen was, zei de heer van de wijngaard tegen zijn rentmeester: “Roep de arbeiders bij je en betaal hun het loon uit. Begin daarbij met de laatsten en eindig met de eersten.” 9En zij die er vanaf het einde van de dag waren, kwamen naar voren en kregen ieder een denarie. 10En toen zij die als eersten waren gekomen naar voren stapten, dachten ze dat zij wel meer zouden krijgen. Maar ook zij kregen ieder die ene denarie. 11Toen ze het geld hadden aangenomen, gingen ze bij de landheer hun beklag doen: 12“Die laatsten hebben één uur gewerkt en u behandelt hen zoals u ons behandelt, terwijl wij het onder de brandende zon de hele dag hebben volgehouden.” 13Hij antwoordde een van hen: “Vriend, ik behandel je toch niet onrechtvaardig? Je hebt toch ingestemd met het loon van één denarie? 14Neem wat je toekomt en ga. Ik wil aan die laatsten hetzelfde geven als aan jou. 15Of mag ik met mijn geld niet doen wat ik wil? Ben je jaloers omdat ik goed ben?” 16Zo zullen de laatsten de eersten zijn en de eersten de laatsten.’

Matteüs 20:1-16NBV21Open in de Bijbel

De gelijkenis van de arbeiders in de wijngaard vertelt iets over hoe beloningen eruit zien in Gods nieuwe wereld en voor wie die beloningen zijn. God beloont mensen op basis van zijn goedheid: iedereen krijgt dezelfde beloning (20:14)

God wil graag net zoveel geven aan de laatsten als aan de eersten. Jezus vat dit samen in de volgende uitspraak: ‘Mensen die het laatst komen, zullen dan vooropgaan. En mensen die nu het eerst komen, komen dan achteraan’ (20:16). Deze boodschap wordt ook nog eens mooi ondersteund door de structuur van het verhaal: als de uitbetaling plaatsvindt, spreekt de eigenaar van de wijngaard eerst de laatste werkers aan, en daarna pas de eerste werkers. Deze uitspraak is daarmee zowel een bemoediging als een waarschuwing. Het is bemoedigend omdat het niet uitmaakt wanneer je erbij komt: voor iedereen is deze beloning beschikbaar. Maar het is tegelijkertijd ook een waarschuwing tegen trots of zelfvoldaanheid. Je moet blijven beseffen dat het God zelf is die je de beloning geeft.

Vraag: Wat vind jij van de boodschap: mensen die het laatst komen, zullen vooropgaan en mensen die het eerst komen komen achteraan? Klinkt dat rechtvaardig volgens jou?

Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschapv.4.18.12
Volg ons