Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap

Stralen | 11/14

Bijbeltekst(en)

Hooglied 6

Hij

4Je bent zo mooi, vriendin van mij,

zo bekoorlijk als Tirsa,

zo lieflijk als Jeruzalem,

een ontzagwekkende verschijning.

5Wend je ogen af, ze verwarren mij.

Je haar golft als een kudde geiten

die afdaalt van de Gilead.

6Je tanden zijn als witte schapen:

twee aan twee komen ze uit het water,

er ontbreekt er niet een.

7Als het rood van een granaatappel

fonkelt je lach,

door je sluier heen.

8Ook al zijn er zestig koninginnen,

en wel tachtig bijvrouwen,

meisjes zonder tal,

9zoals mijn duif is er maar één,

mijn allermooiste is de enige.

De enige voor haar moeder is zij,

een stralend licht voor wie haar baarde.

Alle meisjes die haar zien, prijzen haar gelukkig,

elke koningin, elke bijvrouw juicht haar toe.

Meisjes

10Wie is zij,

die daar oplicht als de dageraad,

zo helder als de volle maan,

zo stralend als de zon,

wie is die ontzagwekkende verschijning?

Hij

11Ik ging naar mijn notengaard beneden,

om te kijken naar de bloesems bij de beek,

naar de ranken aan de wijnstok,

de granaatappels in bloei.

12En plotseling voelde ik mij meegevoerd

als op een wagen van mijn nobel volk.

Hooglied 6:4-12NBV21Open in de Bijbel

Vers 10 wordt gezongen door de vriendinnen. Eerder hebben ze de vrouw geholpen te verwoorden wat zo bijzonder is aan haar partner en waarom ze hem haar tuin, haar lichaam, haar vruchten geeft. Ze helpen haar zoeken naar haar liefste als ze hem kwijt is. Deze vriendinnen zingen zelfs dat zij de allermooiste is, mooier dan alle andere vrouwen. Hier is geen sprake van jaloezie, maar van vriendschap, steun en hulp.  

Heb je vrienden die je helpen bij grote en kleine beslissingen in je leven, en die er voor je zijn, op mooie en zware momenten? Voor wie ben jij  zelf zo’n hulp?  

Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschapv.4.25.2
Volg ons