Dag twee: De vrucht van de Geest is… LIEFDE
Bijbeltekst(en)
Galaten 5
In 1 Johannes 4:16 lezen we: ‘Wij hebben Gods liefde, die in ons is, leren kennen en vertrouwen daarop. God is liefde. Wie in de liefde blijft, blijft in God, en God blijft in hem.’
God is liefde. Een prachtige uitspraak! Als je de verzen leest die eraan voorafgaan, ontdek je hoe concreet en alomvattend groot Gods liefde is. God had ons lief voordat wij Hem liefhadden (vers 10). Liefde is dus veel meer dan verliefdheid, een warm gevoel voor iemand hebben. Gods liefde is dat Hij zich aan ons verbindt op het moment dat wij Hem nog niet kennen.
Gods liefde wordt ook zichtbaar in wat Hij geeft. Hij geeft zichzelf, Hij stuurt Jezus, zijn geliefde Zoon, naar de wereld (vers 9). En uit liefde zal Jezus zich opofferen om ons te redden.
Kiezende liefde…
Het woord voor ‘liefde’ dat Johannes hier gebruikt is agapè. Dat is kiezende liefde, liefde die de ander zoekt en de ander tot bloei wil brengen. Het is liefde die zich verbindt met de ander. Liefde die het initiatief neemt en trouw blijft, ook als de ander tegenvalt.
Precies dat woord voor liefde gebruikt Paulus in Galaten 5:22 als eerste gevolg van wat Gods Geest in ons teweegbrengt.
Opdracht…
Wij zijn bedoeld om God te weerspiegelen. Dat geldt ook voor zijn gevende liefde. We zijn immers naar zijn beeld gemaakt. God wil dat wij ons in liefde verbinden aan anderen. Liefde is dus een opdracht.
Die liefde spreekt niet vanzelf. Want hoe zit dat met die irritante collega, je buren met hun geluidsoverlast, je partner met zijn minder mooie eigenschappen? Moet ik die echt liefhebben? Ja, is het eenvoudige antwoord. Jezus gebruikt zelfs precies dit woord in de oproep ‘heb je vijanden lief’ (Matt. 5:44).
Vrucht…
‘Dat lukt mij niet,’ zucht je misschien met mij mee. Dat klopt. Die liefde komt ook niet uit onszelf, maar is vrucht van Gods Geest. Gelukkig wil God in ons bewerken wat we zelf niet kunnen.
Misschien schieten je al namen te binnen van mensen voor wie je moeilijk liefde kunt opbrengen. Ik nodig je uit om de namen van deze persoon te noemen, hen te zegenen en te bidden: ‘Heer, vul mij met uw liefde. Schenk uw Geest, zodat ik mag groeien in de liefde.’