Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap

5 september - Handelingen 10:1-23a

Bijbeltekst(en)

De doop van Cornelius

1Een van de inwoners van Caesarea was een centurio van de Italiaanse cohort, die Cornelius heette. 2Hij was een vroom man die, samen met zijn huisgenoten, God vereerde. Hij gaf uit barmhartigheid veel geld aan het volk en bad veelvuldig tot God. 3Op een dag kreeg hij omstreeks het negende uur een visioen, waarin hij duidelijk zag hoe een engel van God zijn huis binnenkwam. Hij hoorde hem zeggen: ‘Cornelius!’ 4Hij staarde de engel verschrikt aan en vroeg: ‘Wat is er, heer?’ De engel antwoordde: ‘Je gebeden en giften zijn door God opgemerkt. 5Stuur daarom een paar van je mannen naar Joppe om een zekere Simon te halen, die ook wel Petrus wordt genoemd. 6Hij verblijft bij een leerlooier die eveneens Simon heet en in een huis aan zee woont.’ 7Toen de engel die met hem had gesproken was weggegaan, liet Cornelius twee dienaren bij zich komen en een vrome soldaat uit zijn gevolg. 8Nadat hij had uitgelegd waar het om ging, stuurde hij hen naar Joppe.

9De volgende dag, nog voordat de afgezanten van Cornelius in Joppe waren aangekomen, ging Petrus omstreeks het middaguur naar het dak van het huis om daar te bidden. 10Maar hij kreeg honger en wilde iets eten. Terwijl er eten voor hem werd klaargemaakt, werd hij gegrepen door een visioen. 11Hij zag hoe vanuit de geopende hemel een voorwerp dat op een groot linnen kleed leek aan vier punten op de aarde werd neergelaten. 12Op het kleed bevonden zich alle lopende en kruipende dieren van de aarde en alle vogels van de hemel. 13Hij hoorde een stem zeggen: ‘Ga je gang, Petrus, slacht en eet.’ 14Maar Petrus antwoordde: ‘Nee, Heer, in geen geval, want ik heb nog nooit iets gegeten dat verwerpelijk of onrein is.’ 15En voor de tweede maal hoorde hij de stem: ‘Wat God rein heeft verklaard, zul jij niet als verwerpelijk beschouwen.’ 16Tot driemaal toe hoorde hij de stem, en direct daarna werd het voorwerp weer in de hemel opgenomen. 17Petrus vroeg zich verbijsterd af wat de betekenis kon zijn van het visioen dat hij had gezien. Juist op dat moment arriveerden de afgezanten van Cornelius bij de poort, nadat ze overal navraag hadden gedaan naar het huis van Simon. 18Ze trokken door geroep de aandacht van de bewoners en vroegen of Simon Petrus in dit huis verbleef. 19Terwijl Petrus nog nadacht over het visioen, zei de Geest tegen hem: ‘Er zijn hier drie mannen die naar je op zoek zijn. 20Ga meteen naar beneden en ga zonder aarzelen met hen mee, want Ik heb hen gezonden.’ 21Petrus ging naar beneden en zei tegen de mannen: ‘Ik ben degene die u zoekt. Wat is de reden van uw komst?’ 22Ze antwoordden: ‘Cornelius, een centurio, een rechtvaardig man die God vereert en bij het hele Joodse volk in aanzien staat, heeft van een heilige engel opdracht gekregen u naar zijn huis te laten komen om te luisteren naar wat u te zeggen hebt.’ 23Daarop nodigde Petrus de mannen uit om binnen te komen en bood hun onderdak.

De volgende dag ging hij samen met hen op weg, en enkele gelovigen uit Joppe gingen met hem mee.

Handelingen 10:1-23NBV21Open in de Bijbel
Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschapv.4.18.14
Volg ons