Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap

28 juli - Marcus 6:45-52

Bijbeltekst(en)

Marcus 6

Naar de overkant van het meer

45Meteen daarna gelastte Hij zijn leerlingen in de boot te stappen en alvast naar de overkant te varen, naar Betsaïda; intussen zou Hijzelf de menigte wegsturen. 46Nadat Hij afscheid van de mensen had genomen, ging Hij de berg op om er te bidden. 47Bij het vallen van de avond was de boot midden op het meer, en Hij was alleen aan land. 48Toen Hij zag dat de leerlingen door de hevige tegenwind maar nauwelijks vooruitkwamen, hoe hard ze ook roeiden, liep Hij tegen het einde van de nacht over het water naar hen toe, en Hij wilde hen voorbijlopen. 49Toen ze Hem over het water zagen lopen, dachten ze dat Hij een geestverschijning was en ze schreeuwden het uit. 50Ze hadden Hem allemaal gezien en raakten in paniek. Maar Hij sprak hen meteen aan en zei: ‘Houd moed! Ik ben het, wees niet bang.’ 51Hij stapte bij hen in de boot en de wind ging liggen. Zijn leerlingen waren helemaal van hun stuk gebracht. 52Ze waren niet tot inzicht gekomen door wat er met de broden was gebeurd, doordat ze hardleers waren.

Marcus 6:45-52NBV21Open in de Bijbel

We lezen Efeziërs 3:14-21 en de laatste perikoop van Marcus 6. De apostel verkent alle dimensies van de liefde van Christus, het evangelie peilt vooral de grondeloze diepte.

Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschapv.4.25.2
Volg ons