Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap

1 februari - Psalm 18:26-51

Bijbeltekst(en)

26U bent trouw voor de trouwe,

volmaakt voor de volmaakte,

27zuiver voor de zuivere,

maar voor de sluwe ongrijpbaar.

28U bent de redder van het vertrapte volk,

wie zich hoog wanen, brengt U ten val.

29U bent het die mijn lamp doet schijnen,

U, HEER, mijn God, verlicht mijn duisternis,

30met U storm ik af op een legerbende,

met mijn God spring ik over de hoogste muur.

31Gods weg is volmaakt,

het woord van de HEER is zuiver,

een schild is Hij

voor allen die bij Hem schuilen.

32Wie anders is God dan de HEER,

wie anders een rots dan onze God?

33De God die mij met kracht omgordt,

leidt mij op een volmaakte weg,

34Hij geeft mij voeten snel als hinden,

doet mij op toppen van bergen staan,

35oefent mijn handen voor de strijd –

mijn armen spannen de bronzen boog.

36U was het schild dat mij redde,

uw rechterhand ondersteunde mij,

uw woord maakte mij sterk,

37U baande de weg voor mijn voeten,

ik wankelde niet.

38Ik achtervolgde mijn vijanden, haalde hen in

en keerde niet terug voor ik hen had vernietigd,

39ik verpletterde hen, ze stonden niet meer op,

dood lagen ze onder mijn voeten.

40U hebt mij omgord met kracht voor de strijd,

mijn tegenstanders voor mij doen buigen,

41U liet mij de rug van mijn vijanden zien,

mijn haters, ik roeide ze uit.

42Ze schreeuwden om hulp, maar er was geen redder,

ze riepen de HEER, maar Hij antwoordde niet.

43Ik verpulverde hen tot stof in de wind,

vaagde hen weg als vuil van de straat.

44U bevrijdde mij van een opstandig volk,

stelde mij aan tot hoofd van de naties.

Een volk dat ik niet kende, onderwierp zich,

45gehoorzaamde mij zodra het van mij hoorde.

Vreemdelingen toonden zich onderdanig,

46vreemde volken verloren hun kracht,

bevend kwamen zij uit hun burchten.

47De HEER leeft, geprezen zij mijn rots,

hoogverheven is God, mijn redder.

48De God die mij wraak liet nemen,

dwong volken op de knieën,

49bevrijdde mij van mijn vijanden,

verhief mij boven mijn tegenstanders,

ontrukte mij aan mannen van geweld.

50Daarom wil ik U prijzen te midden van de volken, HEER,

een loflied zingen tot eer van uw naam.

51Hij schenkt zijn koning grote overwinningen,

betoont zich trouw aan zijn gezalfde,

aan David en zijn nageslacht, voor altijd.

Psalmen 18:26-51NBV21Open in de Bijbel
Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschapv.4.18.14
Volg ons