1-5Luister goed! Als je God wilt kennen en eerbied voor hem wilt hebben, dan moet je luisteren. Denk steeds aan mijn wijze lessen en mijn regels. Ga steeds op zoek naar wijsheid, en denk altijd goed na. Doe je best om alle wijze lessen te begrijpen. Zoek naar wijsheid alsof je naar een kostbare schat zoekt. En blijf altijd zoeken!
6De Heer geeft wijsheid. Zijn woorden geven kennis en inzicht. 7De Heer geeft geluk aan eerlijke mensen, aan mensen die hem trouw zijn. Hij beschermt hen. 8Hij zorgt voor mensen die goed leven, hij beschermt hen tegen gevaar.
Door wijsheid leer je wat goed is
9Luister goed! Als je luistert naar mijn wijze lessen, leer je wat goed en eerlijk is. Dan zul je altijd doen wat goed is. 10Want je zult wijs en gelukkig zijn.
11Als je luistert naar die lessen, zul je verstandig zijn en goed nadenken. 12-15Dan doe je geen verkeerde dingen. En dan luister je niet naar leugenaars en misdadigers. Zij genieten van hun slechte daden, ze juichen als ze iets verkeerds doen. Ze zijn oneerlijk en gemeen. Maar jou kunnen ze geen kwaad doen.
Pas op voor slechte vrouwen
16Luister goed! Als je luistert naar mijn wijze lessen, ben je verstandig. Dan kunnen slechte vrouwen je niet verleiden met hun mooie woorden. 17Die vrouwen hebben hun man verlaten en zijn niet meer trouw aan God. 18Als je met zo’n vrouw omgaat, zul je sterven. Zij zal je naar het land van de dood brengen. 19Dan verdwijn je voor altijd, je komt nooit meer terug.
Blijf trouw aan God
20Je moet dus eerlijk zijn, en alleen omgaan met goede mensen. 21Want als je goed leeft en trouw bent aan God, blijf je in leven. 22Maar als je niet trouw bent aan God, dan sterf je. Alle slechte mensen zullen verdwijnen.