Begin van de brief
Paulus groet de christenen in Efeze
1Dit is een brief van Paulus aan de christenen in de stad Efeze.
Ik ben een apostel van Jezus Christus. Dat is Gods wil.
Jullie horen bij God en jullie geloven in Jezus Christus.
2Ik wens jullie toe dat God, onze Vader, en de Heer Jezus Christus goed voor jullie zijn en jullie vrede geven.
God is goed voor ons
God houdt van ons
3Alle eer aan God, de Vader van onze Heer Jezus Christus! Hij heeft ons vanuit de hemel gezegend. Want hij heeft ons de heilige Geest gegeven, omdat we bij Christus horen.
4Al voordat de wereld gemaakt werd, koos God ons uit om bij Christus te horen. Daardoor kunnen wij als heilige en volmaakte mensen voor Gods troon staan.
God houdt van ons. 5Daarom heeft hij ons uitgekozen om zijn kinderen te zijn. Hij heeft Jezus Christus naar de wereld gestuurd om ons bij hem te brengen. Dat is wat God wilde.
God heeft zijn plan bekendgemaakt
6-7God heeft laten zien dat hij goed voor ons is. Hij stuurde Christus naar ons toe, zijn Zoon, van wie hij zo veel houdt. Hij liet Christus voor ons sterven. Zo groot was Gods goedheid voor ons. Door de dood van Christus zijn onze zonden vergeven, en zijn we bevrijd van onze schuld. Laten we God voor zijn goedheid danken!
8Ja, God is goed voor ons geweest. Want hij heeft ons wijsheid en inzicht gegeven. 9Met die wijsheid en dat inzicht kunnen wij zijn geheime plan begrijpen. Want God had besloten om zijn plan aan ons bekend te maken: 10hij wilde dat de hemel en de aarde door Christus weer een eenheid zouden worden. Dat plan is uitgevoerd toen het juiste moment gekomen was. Christus heerst nu over alles.
God zal ons redden
11Alles gebeurt zoals God het wil. Lang geleden nam hij het besluit dat wij bij hem zouden horen. Daarom stuurde hij Christus naar ons toe. 12Daardoor konden wij in Christus gaan geloven. Nu eren wij God, die goed voor ons is.
13Ook jullie in Efeze geloven nu in Christus. Want jullie hebben de waarheid over hem gehoord, namelijk het goede nieuws dat hij jullie zal redden. Omdat jullie dat geloven, hebben jullie de heilige Geest gekregen. Dat is het teken dat God lang geleden beloofd heeft. 14De heilige Geest is het bewijs dat we Gods kinderen zijn. Daardoor weten we dat we bij God horen, en dat hij ons wil redden. Laten we God voor zijn goedheid danken!
Paulus bidt tot God
15Ik heb gehoord dat jullie in de Heer Jezus geloven, en dat jullie van alle christenen houden. 16Daarom dank ik God voor jullie allemaal. Ik noem jullie in al mijn gebeden. 17Ik vraag dan aan God of hij jullie door de heilige Geest nog meer wijsheid en inzicht wil geven. Dan kunnen jullie hem steeds beter leren kennen. Hij is de God van onze Heer Jezus Christus, en hij is onze machtige Vader.
18Ik vraag God of hij jullie inzicht wil geven. Dan zullen jullie begrijpen dat jullie door hem uitgekozen zijn om gered te worden. Dat jullie allemaal bij hem horen omdat jullie christenen zijn, en hoe geweldig dat is. 19Dan zullen jullie begrijpen hoe enorm groot zijn macht is, en dat die macht in alle gelovigen aan het werk is.
Met diezelfde grote macht 20liet God Christus opstaan uit de dood, en gaf hij hem een plaats in de hemel. Christus zit daar nu naast God, aan de rechterkant. 21Christus heerst nu over alle hemelse machten en krachten. Hij is belangrijker dan iedereen in onze tijd en in de tijd die komt.
22God heeft Christus alle macht gegeven. Hij laat hem heersen over de hemel en de aarde. En dat heeft God gedaan voor de kerk, 23want de kerk hoort bij Christus. In de kerk is Christus nu al volledig aanwezig, zoals hij eens in alles volledig aanwezig zal zijn.