Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap

Vragen aan God

Bijbeltekst(en)

Matteüs 7

7Vraag en er zal je gegeven worden, zoek en je zult vinden, klop en er zal voor je worden opengedaan. 8Want ieder die vraagt ontvangt, en wie zoekt vindt, en voor wie klopt zal worden opengedaan. 9Is er iemand onder jullie die zijn kind, als het om brood vraagt, een steen zou geven? 10Of een slang, als het om vis vraagt? 11Als jullie dus, slecht als jullie zijn, je kinderen al goede gaven kunnen schenken, hoeveel te meer zal jullie Vader in de hemel dan niet het goede geven aan wie Hem daarom vragen!

12Behandel anderen dus steeds zoals je zou willen dat ze jullie behandelen. Dat is het hart van de Wet en de Profeten.

Matteüs 7:7-12NBV21Open in de Bijbel

‘Ik wil graag dat je het aan me vraagt.’ Ik hoor het mezelf regelmatig tegen mijn dochter zeggen. Zij kan gevaren nog niet inschatten, zoals ik dat voor haar kan. Zij kan nog niet voor zichzelf zorgen. Ik merk dat ik er constant naar verlang dat ze mij vertrouwt, dat ze weet dat ze alles aan mij kan vragen en dat ik altijd probeer het beste voor haar te kiezen.

Bidden is soms best ingewikkeld. Het kan voelen alsof we iets in de lucht uitspreken en dat het daar ergens verdwijnt. Toch gaf Jezus altijd prioriteit aan het gesprek met zijn Vader. Dagelijks trok Hij zich terug om alleen met de Vader te zijn. Jezus mocht dan de Zoon van God zijn, het contact met zijn Vader was onmisbaar.

Wat als gebed meer is dan een manier om lijstjes af te werken? Wat als het ook een doel op zichzelf is? Intimiteit met God. Een partnerschap. Een samenwerking om Gods koninkrijk steeds meer op aarde te brengen.

Het ‘Onze Vader’ zie ik in eerste instantie als een uitnodiging om God in vertrouwen en intimiteit te ontmoeten. Gebed is geen lijst die we afvuren naar God op een gouden troon. We mogen ons leven en onze dagen in zijn handen leggen. Er is niets veiligers dan dat.

In dit Bijbelgedeelte geeft Jezus ons de volgende opdracht: Zoek! Vraag! En klop! God verlangt ernaar dat we bij Hem aankloppen, dat we vragen stellen en om hulp roepen. Het lijkt wel alsof God dus op onze gebeden zit te wachten. Jouw gebed doet er toe!
Als we bidden, erkennen we opnieuw onze afhankelijkheid van God. En daar waar we afhankelijk worden, krijgt God ruimte om te regeren.

Dan wordt gebed een partnerschap. Door te bidden kunnen we samen met God ‘toekomst schrijven’ en het licht laten schijnen. Wat zal er gebeuren als we datgene bidden waar God naar verlangt? Als ons hart tegelijk met zijn hart gaat kloppen? Vooral in deze tijd, waarin alles onzeker lijkt te worden, is gebed ons wapen: ‘Wat mag ik betekenen voor mensen om mij heen? Heer, voor wie mag ik vandaag een getuigenis zijn, een teken van uw liefde?’

Zoek en je zult vinden, klop en er zal worden open gedaan, vraag en je zult ontvangen. Hoe doe jij dat vandaag?

Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschapv.4.26.9
Volg ons