vreemdeling
In het oude Nabije Oosten waren er in elke samenleving vreemdelingen. Het aantal vreemdelingen nam toe in de Grieks-Romeinse tijd (vanaf de vierde eeuw voor Christus) omdat het gemakkelijker werd voor mensen om te reizen. In de grote steden rond de Middellandse Zee woonden dan ook veel verschillende bevolkingsgroepen door elkaar heen.
Achtergrond van vreemdelingen
Vreemdelingen hadden verschillende achtergronden:
- Mensen konden ergens als vreemdeling wonen om economische redenen. Handelsreizigers trokken bijvoorbeeld door verschillende landen.
- Veel vreemdelingen waren uit nood uit hun eigen land vertrokken. Vanwege een hongersnood of oorlog zochten mensen hun geluk elders.
Het Oude Testament over vreemdelingen
In het Oude Testament zijn verschillende wetten te vinden die over vreemdelingen gaan. In deze wetten is gastvrijheid erg belangrijk, maar er worden ook grenzen aangegeven. Zo mogen vreemdelingen niet helemaal meedoen aan de cultus in de tempel. En Israƫlieten mogen niet met vreemdelingen trouwen.
Als er in de Bijbel gesproken wordt over gastvrijheid, dan worden de Israƫlieten regelmatig herinnerd aan hun eigen geschiedenis. Het verhaal over het verblijf in Egypte, de deportaties door de Assyriƫrs en de ballingschap in Babyloniƫ hebben een duidelijke invloed gehad op het denken over vreemdelingschap. Bijvoorbeeld in Exodus 22:20:
āVreemdelingen mag je niet uitbuiten of onderdrukken, want jullie zijn zelf vreemdelingen geweest in Egypte.ā
Woorden voor vreemdelingen
Het Hebreeuws heeft verschillende woorden voor verschillende soorten vreemdelingen. De ene vreemdeling is de andere niet. Sommige staan dicht bij het volk Israƫl en zijn echt onderdeel van de sociale en religieuze gemeenschap, maar andere horen niet bij deze gemeenschap.
Ook in het Grieks van het Nieuwe Testament worden er voor vreemdelingen verschillende woorden met verschillende nuances gebruikt.
Ruth als vreemdeling
Een van de bekendste vreemdelingen uit de Bijbel is Ruth. Zij emigreert met haar schoonmoeder uit Moab. Ze wordt een vreemdeling in Juda, het Joodse land.
Bijbelverzen
- Leviticus 19:34
- Ezra 9:1-2
- Daniƫl 3:1-12
- Marcus 7:24-30
- Handelingen 8:26-40
- Exodus 12:43-50
- Ruth 1-4