Artikel
BGT: verduidelijking
De Bijbel in Gewone Taal verduidelijkt vaker iets in de tekst dan andere vertalingen.
Enkele voorbeelden
- In de brontekst van Exodus 1:22 staat dat alle pasgeboren jongetjes in de Nijl gegooid moeten worden. De meeste vertalingen verduidelijken dat bedoeld is: alle Israëlitische jongetjes. Ook in de BGT staat ‘alle pasgeboren jongetjes van de Israëlieten’.
- In Matteüs 7:1-2 staan in de brontekst passieve vormen: ‘dan word je ook zelf niet veroordeeld’. In het Nieuwe Testament kan zo’n formulering met ‘worden’, een passieve vorm, gebruikt worden om over een handeling van God te spreken. In de BGT is dat expliciet gemaakt: ‘dan zal God jou ook niet veroordelen’.
- In Romeinen 8:32 zegt de brontekst dat God aan ons ‘alles’ zal geven, net zoals hij aan Christus ‘alles’ gegeven heeft. Wat God aan Christus gegeven heeft, is duidelijk in dit gedeelte: God heeft hem laten opstaan uit de dood en hem in de hemel de hoogste plaats gegeven. ‘Alles’ betekent hier dus ‘het hemelse leven, het eeuwige leven bij God’. In de BGT is concreet vertaald met ‘het eeuwige leven.’
Verduidelijking van de situatie
Sommige dingen spraken vanzelf in de tijd van de Bijbel, maar niet voor de lezers van nu. Het kan gaan om situaties van toen en om ideeën uit die tijd, die voor ons vandaag moeilijk te begrijpen zijn. Maar het kan ook gaan om hele gewone zaken uit het dagelijks leven van toen.
Een voorbeeld
- In Handelingen 10:9 staat dat Petrus ‘naar het dak’ ging om te bidden. In de tijd van de Bijbel klonk dat heel normaal, maar voor ons klinkt het vreemd. Die vreemdheid wordt weggenomen in de BGT door te verduidelijken dat alle huizen een plat dak hadden. Het dak was de meest geschikte plek om je even terug te trekken. In de BGT klinkt Handelingen 10:9 zo: ‘Op dat moment ging Petrus naar het platte dak van het huis om te bidden.’