821Een psalm van Asaf.
God staat in de vergadering van God,
Hij oordeelt te midden van de goden:
2Hoelang zult u onrechtvaardig oordelen
en de goddelozen bevoordelen?82:2 de goddelozen bevoordelen - Letterlijk: aangezichten van goddelozen verheffen. Sela
3Doe recht aan de geringe en de wees,
bewijs de ellendige en de arme gerechtigheid.
4
Bevrijd de geringe en de arme,
ontruk hem aan de hand van de goddelozen.
5Zij weten niets en begrijpen niets,
zij wandelen steeds in de duisternis rond;
daarom wankelen alle fundamenten van de aarde.
6Ík heb wel gezegd: U bent goden,
u bent allen zonen van de Allerhoogste;
7toch zult u sterven als een mens,
zoals iedere andere vorst82:7 iedere andere vorst - Letterlijk: een van de vorsten. zult u vallen.
8Sta op, o God, oordeel de aarde,
Hebr. 1:2
want Ú bezit alle volken.